Startpagina > Wandelen > GR IJzer
> Het West-Vlaamse deel van GR IJzer loopt door een streek die ook Bachten de Kupe wordt genoemd. De naam is all-over Vlaanderen bekend, er wordt wel eens spottend naar gerefereerd als naar een achterlijke streek van keuterboertjes. Niks is minder waar natuurlijk, Bachten de Kupe is nu een welvarende streek waar het goed wonen is. Bachten de Kupe is afgeleid van ‘Achter de Kuip’. Met deze kuip wordt de IJzer bedoeld. Deze streek omvat het hinterland van de westkust, begrensd noordelijk door de kustlijn, westelijk door de Franse grens en zuidelijk / oostelijk door de IJzer.
> Een flink deel van deze etappe loopt over een rustig wandelpad, de hele tijd langs de linkeroever van de IJzer. Verderop verlaat de GR de IJzeroever om langs de middeleeuwse zeedijk koers te zetten naar het piepkleine dorpje Sint-Jacobskapelle. Richtpunt van hieruit is de stoere IJzertoren vlakbij Diksmuide, symbool van Vlaamse ontvoogding en onnoemelijk veel oorlogsellende.
> Je loopt volledig over West-Vlaams grondgebied, dit is 'Bachten de Kupe' met een traagstromende IJzer door 'bloot land'.
> De Brouckmolen. Op deze plaats staat al minstens sinds de 14de eeuw een molen. De staakmolen behoorde eeuwenlang toe tot de abdij van Roesbrugge, tot eind 18de eeuw, met de Franse Revolutie, alle abdijbezittingen verbeurd werden verklaard. In de loop van die vele eeuwen werd de molen verscheidene malen herop gebouwd als gevolg van brand, stormschade, oorlog of plundering. Na de Franse Revolutie kwam de molen in privé-handen, met nogal wat verschillende eigenaars.
> Een volledig nieuw molengebouw werd opgetrokken rond 1870, in de stijl van die tijd: Niet langer een houten staakmolen, maar een bakstenen molen van het type grondzeiler. De bakstenen voor de bouw van de nieuwe Brouckmolen werden aangevoerd over de IJzer. Er was een loskaai op de IJzer ter hoogte van de molen. De Brouckmolen die je nu ziet is dus een 140 jaren oud. Sinds 1944 is hij beschermd als monument. In de 20ste eeuw heeft de molen nog een aantal grondige veranderingen ondergaan, te maken met modernere maaltechnieken (oa de inschakeling van stoom) en een groot aantal restauraties van onderdelen.
> De huidige eigenaars zijn de familie Bulckaert, waarvan de zonen een molenaarsopleiding genoten. De Brouckmolen staat er, dankzij hun zorg en liefde voor de molen, weer schitterend bij. Bezoekuren aan de molen zijn wat onduidelijk. Best passeer je hier op een zaterdag of op speciale opendeurdagen.
> Deze dagtocht loopt over het volledige traject over oudere GR-paden. GR IJzer volgt tot Stavele over 5 km GR 5A Zuid De Panne - Kemmel - Antwerpen, onderdeel van de Europese wandelweg E2 Stranraer - Nice (3000 km). Vanaf Knokkebrug tot Diksmuide loopt GR 130 in het spoor van GR 131 (Ieperboog - Kreken) over 8 km.
> In Roesbrugge staat weer een IJzer-infohut. Het is dit plaatje dat de cover van de topografische gids over de IJzer siert. Het pad volgt over de brug verder de IJzeroever, steekt de Dode IJzer over en loopt over een smal asfaltstreepje helemaal tot Stavele, 5 km verder.
> Na Roesbrugge-Haringe verlaten we ook meteen het grondgebied van de gemeente Poperinge. De volgende 8 km lopen volledig in de gemeente Alveringem. Deze gemeente bestaat uit een groepering van een achttal landelijke dorpjes met samen niet meer dan 5000 inwoners. Onderweg zie je links de hallenkerk van Beveren-aan-de-IJzer en verderop zie je links de Brouckmolen.
> Als je hier het jaagpad langs de Lovaart 3 km volgt kom je in het oude stadje waarnaar deze vaart is genoemd. Lo is zeker een bezoek waard als je in de buurt bent. Officieel is Lo een stad, maar alles straalt er dorpssfeer uit. Eigenlijk is Lo een juweeltje, maar vrij onbekend, zelfs in Vlaanderen. In de topografische gids is een wandeling uitgewerkt die langs Lo loopt.
> De Lo-kaas die al in de middeleeuwen vermaard was wordt al lang niet meer hier gemaakt, maar in Passendale. Daarentegen is de stad al 120 jaar de zetel van de bekende biscuiterie Jules Destrooper. In Lo worden de wafeltjes van Jules Destrooper gebakken.
> In dit dorp is nog één van de 14de eeuwse stadspoorten bewaard. Bij die poort staat een oeroude taxusboom met een stamomtrek van bijna 3 meter. Hoe oud de taxus precies is weet niemand, maar het is bekend dat taxussen erg oud kunnen worden. Vermoedelijk is de boom toch enkele honderden jaren oud (300 jaar?). Hij wordt ook wel de boom van Caesar genoemd, omdat de Romeinse keizer er ooit nog zijn paard zou hebben vast gebonden om wat te rusten in de schaduw van de boom. Dat exotische vertelsel is natuurlijk fantasie, zo oud zal de boom nu ook weer niet zijn. Lo heeft verder nog een aantal mooie oude gebouwen waaronder een belfort.
Beveren-aan-de-IJzer
Wandelboom van Grote Routepaden te Roesbrugge
IJzertoren en infohut IJzerloop te Kaaskerke
GR IJzer voorbij Fintele
Lo-Reninge, vakantiehoeve Ter Walleboom
Stavele, oude wandelboom GR 5A - GR 130
Roesbrugge, IJzer-infohut
Bij het kapelletje voor OLV van de IJzer,
naast een sterk geknotte linde,
draait GR IJzer de oude zeedijk op.
Lovaart en sluis te Fintele
> Langs de traagstromende IJzer is af en toe wat vogelleven waar te nemen. Over de resterende kilometers verliest de IJzer amper nog hoogte; Ze loopt amper enkele meters boven de zeespiegel. Zo kom je in Stavele alweer bij een wandelboom. Hier splitst GR 5A /E2 weer af om verder naar De Panne te lopen. Stavele was tot 2010 ook het begin- of eindpunt van een ander GR-pad, GR 131 'Kreken en Ieperboog'. We ontmoeten dit pad nu pas in de omgeving van de Knokkebrug.
> Die GR IJzer loopt dus gewoon rechtdoor langs dezelfde oever en wordt nu een graspad. Over talloze bruggetjes loop je tot de brug van Elzendamme. Als je hier onder de weg Ieper - Veurne doorloopt ben je op de grens van 3 gemeenten: Alveringem, Lo-Reninge en Vleteren.
> Het pad vervolgt op het grondgebied van Lo-Reninge, nog steeds langs de linkeroever van de IJzer. Een goeie km verder wacht een volgende brugje, niet over de IJzer, maar over de Lovaart die hier in de IJzer uitmondt.
> We zijn in Fintele. Dit nogal idyllische plaatsje bij de monding van de Lovaart is een echt fietsknooppunt. Oeverpaden en rustige polderwegjes genoeg door het vlakke IJzerlandschap. Ook de verschillende cafékes en restaurants die het gehucht rijk is draaien op het fietstoerisme. Bij mooi zomerweer is het hier vollem bak. Nog in Fintele is een volgende infohut over de IJzer. Er zijn ook picknickbanken.
> In Fintele steekt GR IJzer de Lovaart over via het kantelbrugje. De huidige Fintelesluis die overzet tussen de IJzer en de Lovaart of omgekeerd mogelijk maakt werd tot in de 19de eeuw voorafgegaan door een windasconstructie. De naam 'Fintele' zou trouwens afgeleid en verbasterd zijn van deze constructie: 'Wind-ele'. Het mechanisch principe van dit overzetsysteem wordt je uitgelegd in de topografische gids over GR IJzer of op infopanelen ter plaatse. Er wordt in Fintele ook verder gewerkt aan de verdere uitbouw van de plaats voor zachte recreatie. Mogelijk komt er in de volgende jaren ook een kleinschalig kampeerinitiatief.
> GR IJzer loopt na de brug dadelijk weer rechts naar de IJzer om er een graspad te volgen. Daarbij passeer je de plek waar tot 1990 nog de hooipiete werd gelegd, een houten burg over de IJzer die bij de passage van een groter schip telkens gedeeltelijk weer moest worden afgebroken. Links zie je ook een oude dijkversterking, waarop nu de weg Fintele - Diksmuide ligt.
IJzer, vloeiend naar Elzendamme
Voorbij Fintele
> Over een mooi paadje loop je nog een goeie km langs de IJzer tot het pad er dan van wegdraait op de plaats waar het jaagpad over gaat in een verkeersweg. Rechts heb je de hele tijd zicht over de IJzerbroeken, nat grasland dat met name 's winters een massa vogels aantrekt.
> GR IJzer draait echter weg van de IJzer, we zullen de rivier pas terug zien bij de IJzertoren in Kaaskerke. In plaats van smalle oeverpaden loop je vanaf nu nonstop over asfalt, helemaal tot Diksmuide (12 km). Veel keuze om over onverharde paden te gaan hadden de padenontwerpers niet. Op de IJzeroever loopt immers een verkeersweg. De asfaltwegjes die je volgt richting Diksmuide zijn echter rustig en je wandelt over lange tijd over de historische oude zeedijk.
Postbus stijl 'Bachten de Kupe'
Infohut IJzer op de site van het Knokke fort
> Halfweg de 17de eeuw werd het fort van Knokke versterkt door de Spanjaarden om de territoriale uitbreidingsdrang van Lodewijk XIV te stoppen. Frankrijk veroverde toch dit fort en bij de Vrede van Nijmegen (1678) werd zelfs zowat heel 'Bachten de Kupe' aan Frankrijk toegewezen. Frankrijks beroemde militaire architect Vauban liet hier één van zijn fijnste bastions optrekken omgeven door een gracht en verbinding met de IJzer, waardoor de hele omgeving rond het fort onder water kon worden gezet.
> De als oninneembaar beschouwde bastions werden echter tijdens een verrassingsaanval in 1712 door kapitein Simon de Rue en 180 soldaten ingenomen. De Rue, geboren in Poperinge, was officier in het leger van de Verenigde Nederlanden. De Fransen probeerden de Rue nog uit te kopen, maar tevergeefs. Fort Knokke werd een verdedigingspost tegen de Franse vijand tot onder het Oostenrijkse bewind keizer Jozef II besliste om het fort af te breken (vanaf 1781).
> Er blijft in de 21ste eeuw dus niks van over, enkel in de perceelpatronen is nog de lay-out van fortdelen te ontdekken.
> De neogotische kapel ter herdenking van Paul de Goussencourt staat er in 2008 erg vervallen bij. Blijkbaar is de familie vergeten dat deze herdenkingskapel hier staat. Het ziet er niet naar uit dat ze snel zal worden gerestaureerd, hoewel het een beschermd monument is. De Goussencourt was 25 jaar, zijn lichaam rust op het militaire kerkhof van Adinkerke.
> Het is ook nogal bedenkelijk dat hier in de schaduw van de IJzertoren en in gebied waar duizenden 'gewone' Vlaamse jongens stierven zo'n kapel werd opgetrokken voor één adellijke Franstalige soldaat, alsof er ook na de dood nog onderscheid moest worden gemaakt in stand en rang. Temeer daar in 1925 een paar honderd Vlaamse zerken met AVV-VVK opschrift door de Belgische overheid schaamteloos werden verbrijzeld en vermaald om er een weg mee te verharden.
> Sint-Jacobskapelle staat ook in de belangstelling bij pelgrims naar Sint-Jacob-van-Compostela. Toch is het geen dorp dat gerelateerd is met de Europese wegen naar Santiago. De kerk werd oorspronkelijk gebouwd in 1420, in opdracht van de heer van het nabijgelegen Nieuwkapelle, Jacob de Visch. De patroonheilige van de kerk - St Jacob de Meerdere - droeg zijn voornaam. Vandaar de link.
> Toch reden genoeg voor Santiagovrienden om het dorpje extra in de kijker te zetten, in een tijd waar pelgrimstochten naar Santiago de Compostela een revival zonder weerga kennen. Op 25 juli 2007 - feestdag van Jacobus - werd er een beeld in brons en koper van een pelgrim geplaatst, gemaakt door Eddy Maelfait. Onthulling gebeurde in aanwezigheid van 500 aanwezigen, waaronder de West-Vlaamse gouverneur. Meer informatie bij vzw De Gevallen Engel (langs GR IJzer).
> Andere jacobalia ter plaatse zijn een glasraam (1950) in de kerk met een afbeelding van Sint-Jacob als pelgrim en een 20ste eeuws beeld van Sint-Jacob, eveneens in de kerk.
> Sint-Jacobskapelle wordt wellicht opgenomen in de Vlaamse langeafstandsroutes richting Compostela die door het Vlaamse Genootschap momenteel worden ontwikkeld en in het Jacobskerkenpad, voorzien in 2010.
> Achter de IJzer, die zowat een kilometer ten westen van de GR IJzer stroomt, ligt het 80 hectaren grote natuurgebied Blankaart, één van de interessantste natuurparken van West-Vlaanderen.
> Na 1 km op de oude zeedijk kom je ter hoogte van de Knokkebrug (op 300 meter rechts). GR 131 komt er bij.
> Als je over de oude zeedijk loopt merk je nog amper een dijk in de weg. Het land links van de dijk ligt slechts 0 à 2 meter lager dan rechts van de dijk. Het is een erg oude dijk, aangelegd rond de 9de eeuw, om overstroming van laaggelegen delen tot ver in het Vlaamse hinterland tegen te gaan.
> Door de indijking ontstond over de jaren ook een grotere aanvoer van slib door de zee in het slikkengebied links van de dijk. Dit moerassige gebied werd de volgende eeuwen sterk ingepolderd, waarbij talloze afwateringsbeken en -kanalen werden aangelegd. In die tijd ontstonden ook steden zoals Lo, Diksmuide en Nieuwpoort, die ontwikkelden op de nieuw gewonnen grond. Ook de aanleg van het Lokanaal paste in deze middeleeuwse waterbeheersplannen.
> Het gebied links van de dijk is eerder broek- en weiland, omwille van het natte karakter van de gronden. Hooi- en graslanden worden er met sloten doorsneden. Je zal hier zeker allerlei vogelleven kunnen waarnemen. Een veel groter broekengebied, de zgn 'IJzerbroeken' ligt aan de andere kant van de IJzer, het is een natuurlijk overstromingsgebied van de IJzer. Natuur krijgt er weer volop kansen en de ultieme droom voor natuurliefhebbers is dat de otter, die hier enkele decennia geleden uitstierf, ooit zal terug keren.
> 'Het kerksken ligt vlak in de weiden, ene sterke halve ure gaans van Dixmude, en in het schilderachtigste en bekoorlijkste oord dat men vinden kan.', zo omschreef Guido Gezelle Sint-Jacobskapelle in 1868. 't Is waar, moeilijk om niet de woorden 'schilderachtig' en 'bekoorlijk' in de mond te nemen.
> Ook dit piepkleine dorp ontsnapte niet aan het vernietigende oorlogsgeweld van WO I, trouwens net zoals alle andere dorpen die we nog zullen passeren onderweg naar Nieuwpoort. Ook hier werd zowat alles heropgebouwd na WO I.
>GR IJzer kruist een weg die Lo met Reninge verbindt, loopt weer wat korter naar de IJzerdijk toe om er even later weer van weg te draaien. Bij het kapelletje van OLV van de IJzer draai je dan die oude (nu gebetonneerde) zeedijk op.
> Op deze plaats vloeit het kanaal Ieper - IJzer in de IJzer. Een belangrijk waterknooppunt dus toen er nog een bloeiende scheepvaart op de IJzer was. Om de doorgang te verzekeren tijdens de godsdienstoorlogen eind 16de eeuw werden er kleine versterkingen gebouwd langs de IJzer, met een groter fort op de strategische samenvloeiing van de IJzer en het kanaal Ieper - IJzer.
Sloten en grachten in de natte hooilanden
> De spoorweg, ook bekend als 'frontzate' die Nieuwpoort met Diksmuide verbond, is nu een prettig pad waarover je helemaal tot Nieuwspoort kan fietsen. De zate speelde ook een belangrijke rol bij de verdediging van de IJzervlakte tijdens de Eerste Wereldoorlog, zie volgende etappe.
> Langs een paardenmanège, paardenmelkerij en 2 windgeneratoren die in 2005 weden gebouwd. Bij een kapelletje wordt de oude zeedijk verlaten om rechts richting Sint-Jacobskapelle te wandelen.
> Na het kleine Sint-Jacobskapelle kom je rechts langs een klein rietveld. Dat riet functioneert sinds 2005 als alternatieve 'waterzuiveringscentrale'. In plaats van kilometers waterbuizen onder de grond te leggen, wordt het afvalwater van Sint-Jacobskapelle naar hier afgevoerd.
> Ondertussen komt de IJzertoren, die we nu al een hele tijd aan de horizon zien, wel erg dichtbij. Het asfaltwegje richting Diksmuide komt langs de IJzerhoeve, een camping / verblijfscentrum. Wat verder passeer je op de linkerkant een met struiken omgeven neogotische kapelruïne, gebouwd ter ere van Paul de Goussencourt.
> Langs de kapel voor OLV van Troost bereik je tenslotte weer de IJzerdijk te Kaaskerke. Naar links, voorbij de spoorzate van de lijn Nieuwpoort - Diksmuide.
Sint-Jacobskapelle, kerk en Santiago-pelgrimbeeld.
> Paul de Goussencourt was een militair piloot wiens vliegtuig hier op 12 mei 1917 door de Duitse luchtafweer werd neergehaald. Het vliegtuig stortte brandend neer in het nabijgelegen veld. Zijn adellijke familie kocht hier een stuk grond waarop ze in 1923 deze kapel lieten bouwen. Binnenin staat ondermeer nog een gedenksteen.
In de Diksmuidse polders lopen nogal wat kriskras
boerenwegen, bewegwijzering is hier met gele borden.
Fietsroutebord uit de tijd dat Julius Caesar
nog in Bachten de Kupe kwam fietsen
Winterflora langs de IJzer
Kerstballenboom? Dit zijn de zaadbollen van de plataan. Scherpe zegge Verdroogde kaardenbollen
GR wandelboom te Diksmuide
Sint-Jacobskapelle, voormalige pastorij
> GR IJzer komt langs de IJzertoren.
> De IJzertoren, die het vlakke polderland domineert, is 84 meter hoog. Dit monument appelleert in de eerste plaats aan de gruwelijke gevechten die in de IJzervlakte plaatsvonden tijdens de Eerste Wereldoorlog. Het kruisvormige monument dat hoog uit de polderklei rijst, roept op om ‘Nooit meer oorlog’ te voeren. (Opschrift in 4 talen.)
> De toren symboliseert, behalve een grafkruis, ook een vuist ter ere van de duizenden en duizenden jonge (Vlaamse) soldaten die stierven voor de verdediging van België. De letters 'AVV - VVK' staan voor 'Alles voor Vlaanderen, Vlaanderen voor Kristus', symbool overgenomen van de eerste Vlaamse grafkruisen van gevallen soldaten aan de IJzer. Dat soldatenkorps bestond immers voor zowat 80 % uit Vlamingen, terwijl de bevelende officiersfuncties bijna volledig in handen waren van Franstalige bourgeoisie en landadel. Soldaten moesten bevelen uitvoeren in een taal die de hunne niet was. Die neerkijkende blik op het Vlaamssprekende korps, dat als ‘kanonnenvlees’ massaal in de frontlinies aan de IJzer werd geduwd en sneuvelde, wekte al tijdens de oorlog terecht frustraties op bij veel Vlaamse soldaten. Vele Vlamingen hoopten dat hun opofferingen voor de verdediging van België respect zou opleveren van de Belgische staat die hun niet langer als tweederangsburgers mocht behandelen. In die zin is de IJzertoren niet enkel een oproep naar vrede, maar eveneens een krachtige schreeuw voor erkenning van de eigenheid en de rechten van het Vlaamse volk.
> Het ongenoegen van de Vlaamse soldaten tijdens de Groote Oorlog werd gekanaliseerd in de ‘Frontbeweging’ die in 1917 een brief richtte naar de Belgische koning Albert I om hem te verwijzen naar zijn oproep tot vrijwillige mobilisatie in het Belgische leger. Albert I deed dit door de Vlamingen te herinneren aan hun moedigheid tijdens de roemrijke Guldensporenslag. Daartegenover stond dan de realiteit van het slagveld bij de IJzer, waar Vlaamse soldaten enkel konden praten in het Frans met hun officiëren en Vlaams zonder schroom werd beschouwd als een tweederangstaal. De Vlaamse soldaten moesten niet enkel strijden tegen een externe vijand, maar ook vechten voor respect in eigen rangen!
> Kort na het beëindigen van de Eerste Wereldoorlog ontstonden jaarlijkse bedevaarten naar de slag- en slachtvelden. De eerste bedevaart vond plaats naar het graf van Joe English. Deze Vlaamse soldaat van Ierse afkomst ontwierp de eerste huldezerken voor gesneuvelde Vlaamse strijders, nog tijdens de oorlog zelf. Van hem zijn ook de beroemde letters AVV-VVK (Alles Voor Vlaanderen, Vlaanderen Voor Kristus) afkomstig die de kruisen sierden. Joe English overleefde zelf de oorlog niet. De volgende jaren was de bedevaart telkens naar een ander graf van een gesneuvelde soldaat tot in 1930 de IJzertoren werd afgewerkt. De crypte onder de toren bevat de stoffelijke resten van een aantal gesneuvelde soldaten.
> In de nasleep van de repressie, onmiddellijk na het einde van WO II, wordt de toren op een nacht opgeblazen. Het Belgische gerecht heeft nooit moeite gedaan om de daders van de aanslag te berechten. Er werden wel beschuldigden voorgeleid, maar politiek en gerechtelijk gekonkel op het hoogste niveau manoeuvreerden de misdaad in de doofpot. Ook na meer dan 60 jaar is het nog onduidelijk wie de toren opblies en wie de opdrachtgever was, aangenomen wordt dat het vanuit belgicistische hoek werd georganiseerd, wellicht zelfs vanuit de overheid. Omwille van de professionaliteit van de misdaad wordt de ontmijningsdienst DOVO, die in de buurt operatief was, als uitvoerder beschouwd, anderen houden belgicistische of franskiljonse extremisten voor verantwoordelijk. Wie precies de uiteindelijke opdrachtgever was blijft alsnog door gebrek aan hard bewijs onduidelijk.
> Met de puinen van de oude toren werd de PAX-poort gebouwd. Er werd een nieuwe toren opgetrokken, de eerstesteenlegging vond plaats in 1952. In 1965 werd de nieuwe IJzertoren officieel ingehuldigd. Met een hoogte van 84 meter was hij tientallen meter hoger dan de vorige. De toren werd gebouwd naar een ontwerp van Robert van Averbeke. De constructie kan hard stormweer in het blote IJzerland moeiteloos doorstaan: Het gebouw rust op 230 palen die elk 19 meter diep in de klei zijn geslagen.
> De bedevaarten trokken in de jaren ’60 en ’70 nog vele tienduizenden belangstellenden. Helaas gaat het vooral in de jaren ’80 en ’90 sterk bergaf. Extremistische groeperingen van allerlei allooi bezorgen de bedevaarten een slechte reputatie en onder de vredestoren komt het meermaals tot geschreeuw en rellen tussen extreme en meer gematigde groeperingen. Eind jaren ’90 komt er een afscheuring tussen de sympathiserende verenigingen die aan de jaarlijkse bedevaart deelnemen. Aanleiding is de meer gematigde koers van het IJzerbedevaartcomité dat zijn thema’s van ‘Nooit meer oorlog, Zelfbestuur en Godsvrede’ veralgemeent naar ‘Vrede, vrijheid en verdraagzaamheid’. Hierdoor krijgt de IJzerbedevaart vanaf 2003 een meer extreme tegenhanger, de IJzerwake. Deze laatste komt er vooral onder impuls van de politieke partij Vlaams Blok (Vlaams Belang). Zo waren er eind augustus in de jaren rond 2010 twee manifestaties met een verschillende invalshoek: Onder de IJzertoren in Kaaskerke staat vooral vrede, vrijheid en verdraagzaamheid centraal, terwijl bij de IJzerwake in Steenstrate alles vooral rond de strijd voor Vlaamse onafhankelijkheid draait. Beide manifestaties trekken tegenwoordig evenveel volk, ieder nog slechts een paar duizend sympathisanten.
> Er zijn al verschillende formules geprobeerd om het afkalvende bezoekersaantal aan de IJzerbedevaart weer op te krikken. Zo probeerde men in 2008 het tij te keren door het concept na 80 jaar te veranderen in ‘Diksmuide IJzersterk’ en een breder publiek aan te spreken met tal van randaktiviteiten, zoals een wandeling en fietstocht. De laatste jaren vindt het evenement zelfs niet meer eind augustus plaats maar als vredesherdenking rond 11 november. Er komen nog slechts enkele honderden belangstellenden op af.
> Dit was de geschiedenis van de IJzertoren in een notendop. Ben je geïnteresseerd in deze thematiek dan raad ik je aan om in het bezoekerscentrum langs te lopen. Je vindt er een uitgebreide keuze aan boeken en publicaties rond de hier kort aangehaalde thema’s. Het is ook mogelijk om (tegen betaling) de IJzertoren zelf te bezoeken en naar de top te gaan. Onnodig te zeggen dat je er een enig uitzicht hebt over de IJzervlakte.
> Na een bezoekje aan de IJzertorensite vervolg je over de oeverweg even tot de brug over de IJzer. GR IJzer steekt de IJzer niet over, aan de overkant van dit kruispunt kom je bij een wandelboom van Grote Routepaden. GR 131 splitst hier weer af van GR IJzer na een gezamelijk traject van bijna 10 km.
> Hier eindigen we deze etappe.
> Een bezoek aan Diksmuide is zeker de moeite waard. Je kan je hiervoor laten leiden door de witrode tekens van GR 131, die na een ommetje langs de monding van de Handzamevaart langs de mooiste plekken van Diksmuide komt. Of je kan in het centrum ook de metalen plaatjes volgen die in de wegbedekking zijn genageld. Meer info kan je vinden bij de toeristische dienst van Diksmuide, centraal gelegen op het marktplein.
> Ook Diksmuide lag op de IJzerfrontlijn tijdens de verwoestende Groote Oorlog. Bij de Duitse verovering werden de overblijvende inwoners die nog niet waren gevlucht, de stad uitgejaagd. Na het einde van de oorlog werd nog gedacht om de geruïneerde spookstad zo te behouden als herinnering aan de rampzalige gebeurtenissen in de IJzervlakte, een plan dat enkele jaren later toch weer werd opgeborgen. De heropbouw startte. Met mondjesmaat keerden de inwoners terug, aanvankelijk behuisd in barakken. De middeleeuws uitziende gebouwen rond het marktplein, zoals het mooie stadhuis of de Sint-Niklaaskerk zijn dus heropgetrokken in vredestijd en zijn minder dan 100 jaar oud.
Diksmuide, marktplein
> Moeilijk voor te stellen in de 21ste eeuw dat Diksmuide zo'n puinhoop is geweest. Het is nu een prettig en levendig stadje waar het aangenaam kuieren is. Een omwegje langs het voormalige begijnhof, waarvan de geschiedenis terug gaat tot de 13de eeuw, is ook de moeite. De huisjes van het begijnhof zijn natuurgetrouw heropgebouwd (1933). De gevluchte begijnen kwamen echter niet meer terug. Sinds 1990 is het begijnhof een thuis voor een twintigtal mensen met een lichte mentale handicap. De site is momenteel dringend aan restauratie toe. Gehoopt werd om de VRT-Monumentenstrijd in 2007 te winnen, maar dit sympathieke project haalde het net niet.
Begijnhof Diksmuide
>Hoog tijd om even te crashen op een terras in Diksmuide en energie op te doen voor de allerlaatste etappe langs GR IJzer, die ons net zoals het IJzerwater naar de Noordzee zal leiden...
> In de jaren ’30 trok de bedevaart naar het IJzermonument tot 100.000 bezoekers aan. Helaas groeit de manifestatie ook uit tot een bijeenkomst van extreme Vlaamse groeperingen. Tijdens de Tweede Wereldoorlog gaan de bedevaarten gewoon door, maar ze zijn gedegradeerd tot propagandabijeenkomsten voor het Duitse nazi-regime met enkel een ‘select gezelschap’. Onder de toren wordt de Hitlergroet gebracht, terwijl op de torenmuren nog steeds de slogan staat ‘Nooit meer oorlog’. Dit zijn de 'zwartste' bladzijden uit de geschiedenis van de IJzertoren.
Eerste IJzertoren (1930)

 

 

 

 

 

 

 

 

IJzer: Bron tot monding te voet