Startpagina > Wandelen > GR 121
Kassei van Huppaye
> Vanaf 1730 werd in de streek kwartsiet ontgonnen, als 'keihard' gesteente uitstekend geschikt voor kasseien. Straten en pleinen in steden als Tienen en Jodoigne werden er mee geplaveid. Met de komst van de spoorlijn en de industriële ontwikkeling in de 19de eeuw, vonden de kasseien van Huppaye hun weg in heel België en zelfs over de grens. Begin 20ste eeuw werden de kwartsietgroeven allemaal opgevuld. De groeven waren vooral ten zuiden van de dorpskern gelegen.
Hospitaalridders in Huppaye
> De Ferme Detienne is beter bekend als voormalige hoofdcommanderij Chantraine van de Orde van Malta. De Commanderie werd gebouwd rond 1175 door de ridderlijke orde van Sint-Jan (later de Orde van Malta genoemd omwille van hun verdedigende rol in de bescherming van Malta tegen de Turken). Via de kruistochten kregen de hospitaalridders van Sint-Jan een paneuropese uitstraling.
> Op de plek met de naam Chantraine vestigde de ridderorde hier te Huppaye een religieus centrum met ondermeer verblijfsmogelijkheid en verzorging voor pelgrims en andere reizigers. Uit die periode zijn vandaag enkel nog de verbouwde resten van een romaanse Sint-Jan-de-Doperkapel overgebleven.
Orp-le-Petit, wandelwijzer GR 121
De af te breken kerk van Orp-le-Petit
> Chantraine groeide later uit tot een grootcommanderie, waaronder verscheidene 'bijhuizen' en hospitalen in Brabant vielen. De grootcommanderij van Chantraine stond zelf onder hoofdbestuur vanuit Frankrijk. Ze verwierven gronden in de streek waarop ze oogstbelastingen (tienden) hieven. Vanaf de 15de eeuw werd La Chantraine eerder een herenboerderij met brouwerij en werd de hospitaal- en ontvangstfunctie van minder belang. Behalve de Sint-Jan-de-Doperkapel dateren de meeste gebouwen uit de 17de-18de eeuw, inclusief een grote tiendenschuur.
> Vandaag ligt het gebouwencomplex er piekfijn bij, alles is streng gerestaureerd en voorzien van modern comfort. In zijn lange geschiedenis lag het er wellicht nog nooit zo steriel clean bij dan nu het geval is. Die doorgedreven restauratie werd uitgevoerd in opdracht van een rijk Nederlands-Vlaams koppel dat in de jaren '90 eigenaar werd en er sindsdien meer dan 1 miljoen € in investeerde. De site is niet openbaar toegankelijk. In 2025 stond het domein te koop voor 3 miljoen €.
Bedreigde kerk
> Let op de mooie klokvormige klokkentoren, hij diende als inspiratie voor de klokkentoren van een andere Waals-Brabantse parochie, Perwez. Eind 2011 ging de kerk van Huppaye dicht door veiligheidsproblemen. Jarenlange waterschade door een decennia lang hangend restauratiedossier, veroorzaakte onstabiliteit. Zelfs de klokken werden weg genomen uit gevaar voor instorting. Een geamputeerde kerktoren dus.
> De parochianen hadden op den duur genoeg van het getreuzel van het gemeentebestuur van Ramillies, waaronder Huppaye valt. Ze startten eind 2014 een petitie om hun kerk te redden. In 2019 was het zover. De restauratiewerken begonnen met als eindresultaat in 2020 een nieuw toptorentje op hun kerk.
Orp-le-Petit, La Grande Ferme
Het oude traject over tweesporenbeton naar Grand-Hallet
Avernas-le-Bauduin
Wandelwijzer bij kruising GR 121met GR 564
Natte GR 121 in de vallei van de Henri Fontainebeek
GR 121 door de vallei van de Henri Fontainebeek
Orp-le-Petit, bakermat van de groene pens!
> Het eindpunt van deze etappe op GR 121, Avernas-le-Bauduin, ligt aan een GR-kruising met GR 564 (Loonse Route). We kruisen daar in de buurt ook de verkeersweg tussen Landen en Hannuit. Je kunt aan die weg een TEC-bus van De Lijn nemen naar Landen, daar de trein naar Tienen en dan een bus van De Lijn naar Geldenaken (Jodoigne). Zo kun je mooi eind- en beginpunt van deze etappe combineren. Precies wat ik deed. Bevoorrading onderweg in de Okay van Orp-le-Petit.
Over bevroren landschap Geldenaken uit
> De kerk van Orp-le-Petit is niet meer in gebruik sinds 2000, het gebouw verkeert in slechte staat. Enkel het gotisch koorgedeelte en de sacristie zijn echt oud, 13de eeuws. Dat deel werd opgetrokken in beroemde witte zandsteen van Gobertange. De rest van het kerkgebouw werd eind 19de eeuw opgetrokken in neogotische stijl. De kerk van Orp-le-Petit zou in 2015 worden afgebroken, het plan is om enkel het oude gotische deel te bewaren.De afbraak werd steeds weer uitgesteld en sinds 2022 gaan er weer stemmen op om het gebouw toch te behouden...
> Het is nog niet eens november maar mijn etappe begint vanuit Jodoigne met handschoenen en muts aan, het vriest zowaar. In de buurt van de St Medardkerk pik ik weer GR 121 op. Daar kruisen we nog even niet de weg N29 (Tienen – Charleroi).
> Het langeafstandspad loopt eerst via wat achterafwegjes om nogmaals bij de N29 te komen en de verkeersweg dit keer over te steken. Een buurtpad en wijkstraat leiden naar een kasseiweg die stijgend uit de vallei komt waarin we Jodoigne achterlaten. Hogerop gaat het langs bosjes en velden, de weg wordt onverhard en gaat op een kruising bij een huis links naar en door het Bois du Haut Saint-Pierre.
> Het is hier in open veld op een hoogte van 125 meter bitterkoud, het voelt onwennig aan zo kort na een warme zomer. De eerste vrieskou van de herfst. Als het pad weer bos uitkomt, loopt GR 121 in een grote zachte bocht door open veld naar Huppaye toe. We lopen over kassei. Huppaye, waar we naar toe wandelen, was in het verleden trouwens bekend voor zijn kasseistenen.
> De kasseiweg slingert een tijdje door de velden, daarbij enkele zijwegen negerend, tot het pad tenslotte toch links gaat en over enkele mooie paden uitkomt in Huppaye bij een enorme vierkantshoeve.
> Verderop wandelen we over een graspaadje dat al snel de weg Huppaye – Autre Eglise bereikt. Rechts, langs de Ferme de Grand-Château, alweer een herenboerderij met een lange geschiedenis (minstens sinds de 14de eeuw). De huidige gebouwen zijn 17de-19de eeuws. Dadelijk links over een graspad dat kort daarop bij de oude spoorlijn 142 komt, nu RaVel 2 (Tienen – Namen).
> GR 121 loopt hier rechtdoor over een graspad en daalt licht in een beekvallei om de Sint-Pieterskerk (1845) van Molembais-St-Pierre te bereiken. Kort voor de dorpskerk passeer je aan de rechterzijde een bron, zoals bijna overal in Waals-Brabant is het bronwater officieel ondrinkbaar.
> Een geasfalteerd pad volgt hier de beek Ruisseau St Jean langs de mooi gelegen classicistische kerk (1766) van Huppaye.
> Over enkele kerkwegels wandelen we weer snel Molembais uit om verderop even de betonweg naar Enines te volgen naar rechts. Een veldweg links brengt ons weer in open landschap. Bij een kruispunt van paden neem links een pad dat mogelijk sterk overgroeid is met grassen, netels en bramen. In de herfst viel het nogal mee, enkel uitkijken om er niet met te natte voeten uit te komen van de inmiddels ontvroren dauwdruppels.
> Dit pad leidt in een lichte draai naar de weg N240 (Hannuit – Geldenaken). Bij de kruising staat een mooie staafkapel. Aan de andere kant langs een pikdorserbedrijf om rechts mee te draaien in het gehucht Le Saussoy over een stijgende weg die overgaat in een hol pad. Bij een kruispunt van paden links een veldweg volgen. Onderweg mooie uitzichten over rollende heuvels, kleine bosjes en kerktorens aan het horizonlijn.
> Bij een eenzaam gelegen nieuwe woning rechts een gekasseid paadje nemen dat afdaalt naar een beekvalleitje waarin het dorp Nodrenge is gelegen. Een erg stil dorp waarin niet veel te beleven valt, het lijkt er nogal doods. Geen rustbank maar de maag knort, dan maar picknicken op de kerktrappen, in de zon en uit de koude wind.
> Over een asfaltwegje wandelen we weer stil Nodrenge uit. Verderop volgt een lang traject door de velden, de veldweg was aanvankelijk nogal kapot gereden door landbouwvoertuigen, verderop betert het. Onderweg passeer je rechts een wat moerassig gebied in de beekvallei van de Fontenelle, het komt ’s zomers vrij droog te staan. Riet, lisdodde en wilgen voelen zich in deze natte omgeving thuis.
> Uiteindelijk bereik je een kruispunt met een gebetonneerde veldweg. We gaan hier niet rechtdoor het hol dalend pad in maar nemen links het betonwegje dat nog even op het landbouwplateau blijft. Wat verder afdalen over kassei naar het centrum van Orp-le-Petit. Met nog een paar afslagen lopen we dit straatdorpje binnen.
> In het centrum van Orp-le-Petit kun je even uitblazen op één van de bankjes van het dorpsplein. Er is hier een GR-wandelwijzer waarop naast de richtingen voor GR 121 ook een oude verbindingsroute van GR 579 naar Hélécine (Heilissem – GR 128). Deze verbinding werd sinds 2017 ingepast in GR 127 (Tour du Brabant Wallon). Heb je na al die boerendorpen zonder winkels bevoorrading nodig, wel op 50 meter van de kerk is een Okay.
Verwarring mogelijk met oude tekens van de Tour du Brabant Wallon (onderaan)
Onderweg naar Nodrenge
Typisch landschap van Waals-Brabants Haspengouw, uitgestrekte, golvende landbouwplateaus.
Huppaye, kerk mét klokkentoren
Kasseiweg naar Huppaye
Ferme de Chantraine
Graspad naar Molembais-Saint-Pierre
Voor eeuwig stilgevallen in Nodrenge
> Vermeldenswaard is ook dat Orp-le-Petit een lokale specialiteit heeft: de groene pens. Behalve varkensvlees en kruiden is in een groene pens ook een derde boerenkool en groene kool gedraaid. Er is zelfs een Broederschap van de Groene Pens, die waakt over de kwaliteit van de groene pens...
> Pas enkele bruggen verder steek je de Kleine Gete weer over. Verderop volgt GR 121 een prachtig graspad tussen populieren en de Henri Fontainebeek, een belangrijke zijbeek van de Kleine Gete. In de schaduw van haagbeuken verlaten we ongemerkt de provincie Waals-Brabant. De 70 km die ons nog rest van GR 121 zal grotendeels door de provincie Luik lopen.

> Rechts in de verte zien we de watermolen van La Caïade, gelegen op de Henri Fontainebeek. Vanuit deze kant ziet de watermolen er in slechte staat uit, het overslagrad heeft duidelijk betere tijden gekend. Het molengebouw waarin ooit graan werd gemalen, is vandaag een woning waarin de molenmechaniek helemaal is geïntegreerd. De molen dateert wellicht uit de eerste helft van de 19de eeuw.
> De hoofdroute van GR 121 loopt nu verder langs de Kleine Gete, met aan de overkant alweer een enorme vierkantshoeve, een schitterend gebouw, La Grande Ferme. Die boerderij herinnert ook aan het gegeven dat het huidige Orp-le-Petit oorspronkelijk een stuk groter was dan wat nu Orp-le-Grand is. Hier waren de heren van Orp eeuwenlang gevestigd, tot ze eind 18de eeuw verhuisden naar een nieuw kasteel in Orp.
> Als het mooie pad een verharde weg bereikt, blijven we rechtdoor vervolgen, helaas nu een hele tijd over asfalt. De oude GR 579 heeft altijd de rechtstreekse asfaltweg naar Grand-Hallet vermeden door met behoorlijke omweg de veldwegen op het landbouwplateau op te zoeken. Vanaf begin 21ste eeuw heeft een groot ruilverkavelingsproject ervoor gezorgd dat er daar enkel nog wegen van tweesporenbeton zijn overgebleven. Behalve weidse uitzichten (als er geen maïs groeit) biedt het plateau dus geen meerwaarde meer voor de wandelaar. Daarom loopt GR 121 sinds 2025 nu toch over de geasfalteerde weg rechtstreeks naar Grand-Hallet. Halverwege kiezen we op een driesprong de middelste straat.
> Over een stijgend asfaltwegje dat hogerop scherp naar links draait, raak je verderop even een grotere weg. Dadelijk rechts hier over een veldweg die naar de drukke N64 (Tienen – Hannuit) loopt. Aan de overkant van deze weg rechtdoor over een paadje door de vallei van de Henri-Fontainebeek, dat onder water kan staan in een natte periode. Eventueel moet je hier je toevlucht zoeken onder de pinnekesdraad van de weide vlakbij. Ook verderop kan het pad nog onder water lopen.
> Via de hoofdweg door het dorp en een paar buurtpaden kom je bij de Sint-Blasiuskerk van Grand Hallet met een stoere 13de eeuwse romaanse toren. Nogal wat pelgrims vonden in een verleden hun weg naar deze kerk, Sint-Blasius werd er aanbeden tegen keelpijn en andere keelkwalen. Dat ging gepaard met een zegenspreuk en met een ceremonieel waarbij twee brandende kaarsen kruiselings voor de pijnlijke keel werden gehouden. Binnenin nog heel wat beeldhouw- en houtsnijwerk uit de 17de en 18de eeuw.
> Rechts voor de kerk verder en over enkele buurtpaden het dorp weer uit. Daarbij passeer je rechts een enorme witgekalkte vierkantshoeve, de Ferme Favart, ook bekend als de Ferme Binard, woning van de aristocratische familie Osy de Zegwaart.
> Langs een golfveld kom je uiteindelijk uit in het volgende dorp, Avernas-le-Bauduin. Bij een vijfsprong van asfaltwegen kruist GR 121 het langeafstandspad Loonse Route, GR564 Lommel - Hoei. Er staat hier een wandelwijzer.
> We begeven ons naar de kerk en een grote hoeve. Even daar voorbij is rechts een bron, het water werd na universitaire testen in 2006 echter onveilig bevonden als drinkwater door de aanwezigheid van bepaalde bacteriën.
> De asfaltweg moet je verderop verlaten voor een pad naar links richting de drukke N80 (Landen – Hannuit). Deze expresweg bereik je na links een klein paadje te hebben genomen. Bij de N80 eindigt mijn etappe. Hier kun je per TEC-bus naar het treinstation van Landen.