Versnellingsapparaat : 21 versnellingen, die zeer nodig waren. Moest regelmatig gereinigd en gesmeerd worden. Kwetsbaar bij fietsvervoer. |
Verlichting: Kan je vooraf demonteren als je fietst tussen ongeveer 5 juni tot 5 juli of indien je ’s nachts niet fietst. Buiten deze periode wordt het ’s nachts wel voldoende donker om verlichting te gebruiken. |
IJsland heeft bijzonder weinig fietsenmakers. Ze zijn op één hand te tellen. Met andere woorden: Je moet uitgerust zijn om zelf alle problemen onderweg op te lossen. Vertrek met een fiets die volledig in orde is en uitgetest vooraleer je in IJsland komt.. |
Spaken : Nooit een spaakbreuk gehad, maar enkele reservespaken zijn essentieel. Ter plaatste is de juiste spaak wellicht moeilijk te vinden. Bij spaakbreuk onmiddellijk kapotte spaak vervangen om meer gebroken spaken te vermijden. Zorg voor gelijke spaakspanning, zeker op het meer belaste achterwiel. Spaaksleutel is ook handig bij een “slag in het wiel”. |
Bagage : Alles achterop ; geen toonbeeld van even-wicht of gewichtverdeling, maar 3 tassen + stuurtas lijken mij meer dan genoeg. Nog eens 2 voorwieltassen vind ik te veel. Waterdichte tassen zijn noodzakelijk.Dit zijn dure Ortliebtassen. Daarop 1 grote Ortliebzak waarin tent, slaapzak, Thermarest en extra grond-zeil. Op de tassen zijn re-flectoren.Totaal aan bagage achterop ongeveer 17 kg zonder eten. 1 snelbinder om de topzak vast te maken achter het zadel. Bagage-drager moet stevig zijn.Let op de aanhechtingpunten |
Ketting : Ziet behoorlijk af van de combinatie stof, zand en water. Regelmatig kuisen en smeren is noodzakelijk. Op sommige pistes kan de aarde bij nat weer een betoneffect veroorzaken op de ketting, waardoor kettingbreuk mogelijk wordt. Een kettingponsje en eventueel een reserveketting zijn dan ook handig. Ik heb bijna een heel busje smeerolie verbruikt. |
Kader: Moet robuust genoeg zijn om putten en hoge druk te weerstaan, let op de aanhech-tingspunten. Een kaderbreuk kan het einde betekenen van een fietsvakantie. |
Binnenbanden: Hard opgepompt zodat de kans op een lekke band vermindert. Veel lekke banden worden immers nog steeds veroorzaakt door een doorslag van de binnenband op de velg ter hoogte van een spaakbevestiging. Bij te hard opgepompte banden voel je dan weer elke oneffenheid in de weg en loop je kans op een knalband. Ik had 2 reservebanden bij om in geval van lekke band dadelijk een andere band te kunnen plaatsen zodat je ’s avonds op de camping rustig de tijd hebt voor reparatie. Slechts 1 lekke band. |
Buitenbanden: Vertrek best met nieuwe banden, zodat je geen reservebanden moet meenemen. Zelf gebruikte ik Continental Top Touring 2000, een sterke band, gekend voor dit soort werk. Band met ondiep profiel maar toch een stevige wegligging. Er zijn ook andere goede banden zoals Schwalbe of Nokian. Door de hoge druk op de achterband was die na 2660 km wel klaar om verwisseld te worden met de voorband. Voor het IJslandse binnenland zijn MTBbanden nodig. |
Stuurtas: Voor bijdehand spullen. Deze is van Jack Wolfskin, niet waterdicht, wat wel nodig was. Een stevige bevestiging en een plastic erop om een kaart in te steken. Hooggeplaatst, wat makkelijk leest. |
Stuur : Ik heb een vlinderstuur om wat afwisseling te hebben aan polsen en handen bij urenlang fietsen. Bij vliegtuigvervoer moet het stuur een kwart worden gedraaid, een gepaste sleutel voor dit werk is dus nodig. Hier ontbreekt iets wat ik volgende keer wel zou meenemen : een achteruitkijkspiegel : Bij tegenwind hoor je rugverkeer nl slecht aankomen. |
Zadel : Mag niet te hard zijn als je urenlang op de fiets zit. Is best al een tijdje “ingereden” voor je vertrekt. Een fietsbroek met zeem verzacht de pijn nog meer. |