Startpagina > Wandelen > GR 579
Ferme d'Othet
> Deze vierkantshoeve heeft een prachtig bewaard erf. Kassei en baksteen zijn hier nog harmonieus behouden zoals de hoeve er 100 jaar geleden uit zag. Al vanaf de 13de eeuw werd van hieruit 100 hectaren grond bewerkt. De hoeve was tot de Franse Revolutie eeuwenlang bezit van religieuzen.
Fort Flémalle
> Dit is één van de weinige forten van de Luikse verdedigingsgordel die permanent te bezoeken zijn. Je kunt dus de toegangspoort doorwandelen en zo rond de betonnen muren wandelen. Interessanter is het echter om hier te passeren als ook het museum open is en als je een gidsbeurt kan meemaken (iedere eerste zaterdag van de maand), want over dit fort kunnen gidsen je zoveel meer vertellen. Voorzie voor een gidsbeurt 2 uren extra en neem warme kleding mee tijdens de zomer voor een bezoek in de schachtgangen.
> Het fort werd aangelegd tussen 1888 en 1891. In dit zeshoekig fort, waarvan het grondplan werd ontworpen door generaal Brialmont, werd in 1914 hevig strijd geleverd. Het viel tijdelijk in handen van de Duitsers, die er wijzigingen in aanbrachten. In 1940 kreeg het fort stevige luchtaanvallen te verduren, opnieuw van de Duitse agressor. Het resultaat van die bombardementen is nog te zien in het kraterlandschap onmiddellijk in de omgeving van het fort. De uitzichttoren waarlangs we liepen en waar we weer zullen komen, is verbonden door een onderaardse gang met het eigenlijk fort.
Bezoek aan de terril Espérance
> Als je op het rondpad komt kan je rechts wandelen. Wat verder zie je rechts in het struikgewas een aantal verroeste aandrijfmechanismen die tot de oude mijninstallaties behoren. Ze zijn onderdeel van een transportsysteem waarvan ook nog wat sporen op de terrilhelling te merken zijn. Wandel je verder over het pad rond de terril dan kom je langs een ander trappenpad dat je naar boven kan volgen. Je kan zo naar de top van de terril klimmen, die 83 hoog is en een typische kegelvorm heeft. De top van de terrilkegel is bedekt met wat gras. Als je doortrekkend bent kan je hier overwegen om te kamperen, er is net genoeg plaats voor 1 tent. Van een originele overnachtingsplaats gesproken! Het is wel verboden om hier vrij te overnachten, zoals overal in Wallonië. Afdalen kan je door aan de andere kant een redelijk stijl paadje naar beneden te volgen, waardoor je lager weer op het rondgaand pad komt. Even naar links en je bent weer bij het trappenpad dat afdaalt naar GR 579.
> Reken op een half uur voor een kort bezoek aan de terril Espérance. Deze terril was eigendom van het mijnbedrijf 'Charbonnage de l'Espérance et Bonne-Fortune' tot 1990, toen de gemeente Saint-Nicolas de terril aankocht. De mijn zelf sloot al in 1973. De bestemming voor deze terril is nu vooral educatief, recreatief en gericht op biodiversiteit. Hier zie je mooi hoe de natuur weer langzaam bezit neemt van de schrale zwarte steenkegel. Het eerste primaire groen heeft ondertussen al wat een humuslaag gevormd die dan weer de kans biedt aan andere plantensoorten om zich te ontwikkelen. Enkele zeldzame planten- en zwammensoorten vonden hier een nieuwe thuis, zoals het weerhuisje, een aardster. Het dichtere struikgewas lokt ook vogels en ander dierlijk leven. De omgeving trekt naast natuurliefhebbers ook meer crapuleus volk aan zoals taggers en andere vandalen.
Philippe-Charles Schmerling
> Philippe-Charles Schmerling (1790 - 1836), baanbrekend onderzoeker naar prehistorische resten van menselijke en dierlijke beenderen. Hier in Awirs deed Schmerling in 1829 belangrijke vondsten in de plaatselijke grotten. Met deze ontdekkingen gaf hij mede de aanzet tot meer gedreven paleontologisch onderzoek in de streek. Hij kon tientallen uitgestorven en tot dan onbekende dieren determineren. Ook de vondsten van voorwerpen in silex en ivoor, vervaardigd door primitieve voorgangers van de huidige mens waren zeer belangrijk. Daarnaast vond hij te Engis als eerste ook resten van de mensensoort die later neanderthalers zouden worden genoemd, naar het Duitse dal waar pas 25 jaar later gelijkaardige resten werden gevonden...
> In die tijdsgeest waren deze voorwerpen concrete bewijzen van de jonge theorieën dat de mens uit een evolutionair proces was ontwikkeld en niet was geboetseerd uit Bijbelse verhalen zoals toen nog in brede lagen van de bevolking werd aangenomen. Het zou pas een paar decennia later zijn dat Darwin (oa mede door de ontdekkingen van Schmerling) zijn baanbrekende evolutietheorie kon gestalte geven.
> Sommige van de vondsten zijn nog te bekijken in het Museum van de Prehistorie in Ramioul (op 5 km van GR 579, ten zuiden van Les Awirs en de Maas). Je kan aan de kerk van Les Awirs ook de lokale - 4 kilometer lange - wandelroute 'Schmerling' volgen om langs de grotten te wandelen.
Bonne Espérance, restanten van 'terrilinfrastructuur'
Kasteel van Warfusée
> Het kasteeldomein van Warfusée vormt een bijzonder statig geheel. Bij de toegang kijken we uit over bijgebouwen en een toegangspoort, ze dateren uit 1625 en vormen eigenlijk het oudste deel. Het kasteel zelf zien we niet zo goed vanop de straat. Het werd gebouwd in 1755 in Lodewijk XV-stijl en kwam er ter vervanging van een grotendeels middeleeuws burchtkasteel dat toen al eeuwenlang een sterke uitstraling had.
> Warfusée was ook het toneel van een bloederig drama. Kasteelheer Réné van Renesse, die eerder al was gevlucht uit Gaasbeek nadat hij het daar al te bont had gemaakt (zie ook kasteel Gaasbeek / Voettocht in Pajottenland), had op 16 januari 1637 de burgemeester van Luik op het kasteel van Warfusée uitgenodigd voor een banket. Het was een complot om hem ter plekke te laten vermoorden door Spaanse soldaten. De Luikse bevolking was woedend toen ze de moord vernam en bestormde het kasteel. De bewoners werden afgeslacht en het lichaam van René de Renesse werd in stukken gesneden en publiek tentoongesteld alvorens verbrand te worden.
> Vooral tijdens de tweede helft van de 18de eeuw vervulde het kasteel van Warfusée een voorname rol als belangrijkste verblijfsplaats van de prinsbisschop van Luik, Charles-Nicolas d'Oultremont, die er tevens geboren was in 1716. Hij moet erg gehecht geweest zijn aan Warfusée aangezien hij ook als prinsbisschop van Luik de meeste tijd hier doorbracht. Het kasteel straalt zowel van buitenaf als binnenin een grote symmetrie uit. De ruimten zijn rijkelijk aangekleed met stijlmeubelen en heel wat kunst, waaronder geschilderde portretten en Oudenaardse wandtapijten. Tot vandaag wordt het kasteel nog steeds bewoond door de familie d'Oultremont.
Thier Savary
Montagne de Bueren
Oorlogsmonument Luik
Parc de Naimette - Xhovemont
Pad langs de spoorlijn Brussel - Luik
Kasteelingang Warfusée
> Eens beneden loopt GR 579 nog door in Luik. Via straten en pleinen ontdek je enkele van de interessantste 'quartiers'. Dat houden we voor een rustigere stadsverkenning op een andere keer. De route eindigt uiteindelijk bij de jeugdherberg Georges Simenon.
> Vanuit Luik waaieren andere GR's alle richtingen uit, zoals naar de Ardennen of zelfs naar de Middellandse Zee...
> Laatste etappe onderweg naar Luik. Het kasteel van Warfusée is rechtstreeks verbonden met een lijnbus vanuit het centrum van Luik.
> Onderweg krijgen we aanvankelijk nog wat leuke paden onder de voeten geschoven. Geleidelijk aan komen we echter in verstedelijking terecht om uiteindelijk te worden opgeslorpt in de Luikse urbanisatie. Onderweg toch ook nog een paar interessante plekken. Zo kun te Flémalle het oorlogsfort bezoeken of je kunt de groene terril Espérance beklimmen. De eindafdaling naar Luik gebeurt op grandioze wijze: over 372 trappen van Montagne de Bueren.
> In Warfusée loopt GR 579 voorbij een grote vierkantshoeve die tot het kasteeldomein behoorde. We komen bij een rotonde tegenover de toegang van het kasteel van Warfusée.
> Bij de kasteelingang links over een asfaltweg (Rue Noiset) langs de domeinmuur. In een bocht van deze weg loop je dan rechtdoor over de grassige bedding van een verdwenen spoorweglijn. Dit mooie pad loopt parallel met een asfaltweg aan de rechterzijde. Verderop kruis je deze weg om nog even te vervolgen over de spoorbedding.
> Na enkele padenwissels loop je in dezelfde noordoostelijke richting verder over een grassige veldweg die afdaalt in de vallei van de Broucou-beek.
> GR 579 daalt daarna verder in de vallei van de Ruisseau des Awirs. We kruisen de valleiweg en even later ook de beek zelf om dan rechts een pad door bos te volgen. Onderweg passeer je ook een bron (links van het pad) waarvan het water officieel niet drinkbaar is. Over een mooi bospad langs een beboste helling passeer je een oude steengroeve waarin een Mariagrot is gebouwd om kort daarna te arriveren in het centrum van Les Awirs.
>Bij de kerk staat een bustebeeld van Philippe-Charles Schmerling.
> GR 579 vindt achter de kerk van Souxhon een mooie holle weg die de hele tijd stijgt. Boven op het plateau is de padmarkering iets verwarrend. Op het terrein maakt GR 579 bij een betonnen uitkijktoren van het fort van Flémalle naar links een rondje langs het fort om dan weer naar de uitkijktoren te draaien, dat is een verandering sinds 2007 en het verschilt dus iets met wat in de topogids staat ingekleurd. Het is in ieder geval de moeite om even tot het fort te wandelen.
> Nog in Les Awirs zijn in de kerkhofmuur en de kerkmuur een aantal oude grafzerken verwerkt. GR 579 maakt een rondje om de kerk, steekt de hoofdweg door het dorp over en begint na het kruisen van de beek van Awirs aan een stevige klim, weer de vallei uit. Die stijging voert je hogerop langs een wijk. Via een bospad kom je weer in open veld.
> De lange stijging vlakt stilaan uit wanneer je langs de rand van een veld weer het plateau bereikt. Je hebt er een zicht over de Maasvallei en de industriële bedrijvigheid. GR 579 keert echter links naar het landbouwplateau. Langs een laatste tuin (waar een man mij allerlei Italiaanse kruidenstekken toestopte) zet GR 579 koers door de velden. Kort nadat de veldweg bij een asfaltweg komt, heb je rechts zicht op de hoeve van Othet. Het loont de moeite om even tot de ingang te wandelen.
> Wat verder kruis je via een voetgangerstunnel de N677. Het traject van GR 579 zal nu naar rechts een tijdje parallel lopen met deze drukke verkeersader, daarbij gebruik makend van een aantal wijkwegen. Langs een kerkhof daal je zo naar het volgende dorp, Souxhon. Bij de kerk van Souxhon zie je misschien padmarkering van GR 412, Sentier des terrils. Die terrilroute kruist hier niet echt GR 579. De eigenlijke route passeert 1,5 km noordwestelijk. Wel loopt hier een afgeleid circuit speciaal voor dagwandelaars die delen van GR579 en GR412 willen combineren tot een luswandeling.
Fort Flémalle
Hoeve Othet
Holle weg van Souxhon naar Fort Flémalle
Dalen in de vallei van de Broucou-beek
Kasteel Warfusée
GR 579 over een oude spoorbedding voorbij Warfusée
Les Awirs, Mariagrot in een oude steengroeve
Stijgen geblazen!
Terril Gosson II
> Op 100 meter van de toren neemt GR 579 een graspad dat tussen struikgewas wat gaat dalen. Onderweg heb je weidse uitzichten over de niet zo fraaie industriële omgeving rond Flémalle evenals op enkele terrils en de verstedelijkte Luikse agglomeratie waarin GR 579 stilaan binnen dringt. De padmarkering wordt iets discreter en je wordt wat geholpen in de wirwar van snelle padveranderingen door witgeverfde pijltjes die onder de officiële witrode markering zijn geverfd. Het pad slingert een tijdje door een woonwijk van Flémalle met af en toe een korte passage door een stuk groen en soms over korte afstand een buurtpad. We komen ongemerkt de stad Seraing binnen (Jemeppe).
> Na het gehucht Bois de Mont daal je over een pad naar een citéwijk. Langs de achtertuintjes van deze wijk kom je op de drukke Avenue des Robiniers (winkels) om wat verder bij een groot kruispunt de autosnelweg Seraing - E42 onder te lopen. Kort daarna even rechts en eerste links om de minst hard stijgende asfaltweg (Rue du Carrefour) op te lopen.
> Je krijgt voor die moeite een mooi uitzicht over de langgerekte en afgeplatte terril Gosson II. Deze terril is relatief jong, pas in 1966 stopten de mijnaktiviteiten hier. Op de nog redelijk kale terrilhellingen groeien berken, typische pionierbegroeiing. GR 579 loopt naar de spoorlijn, steekt deze over en volgt naar rechts een weg (Rue Xhavée) tussen de spoorlijn en de voet van de terril. 300 meter na de kruising van een grotere straat ga je links-links een dalend graspad op. Aan je rechterzijde passeer je een groen terrein met picknickbank. Voor jou ligt de wat oudere terril Gosson I, behorende tot een steenkoolmijn die al in 1959 werd gesloten.
> Verderop ga je in een wijk met woonblokken rechts om kort daarna bij de kerk en het dorpsplein van Lamay te passeren (winkels). Links daar, langs de terril Murebure en iets verder neem je rechts de bedding van de oude industriële spoorlijn 212. Ze verbond de steenkoolmijnen van Gossin met het station van Ans (aansluiting op de spoorlijn Luik - Brussel). De sporen zijn al lang opgebroken, nu kan je over de (inmiddels verharde) bedding wandelen met onderweg zichten over de verstedelijkte gemeenten in de omgeving.
> Op het einde moet je hier een kwartdraai rechts nemen in de Rue des Cailloux, maar het loont de moeite om eerst even naar links te lopen om via een trappenpad een ander pad te bereiken dat rond de terril Espérance (hoop) loopt.
> We zijn nu echt aangekomen in de Luikse voorstad. Eerste links, we kruisen drukke stadswegen (café's, winkels) en dalen nu wat. Na de kruising met de N3 (Tienen - Luik, deze weg is de voorloper van de E40) stijgen we weer even, al zigzaggend door een oude stadswijk van arbeiderswoningen met gekasseide straatjes.
> In de Rue Toussaint Beaujean een pad op dat aan de straatkant is afgesloten met een hekken. De padmarkering op het hekken is een extra bevestiging dat je hier wel degelijk door mag. Dit stijgend paadje neemt je door een mooi stuk bos met een paar oude beuken. Het is eigenlijk een oud privé-park dat voor WO II tot een residentie behoorde van een zekere Heuvelmans.
> GR 579 loopt via de Rue des Cailloux weg van de terril Espérance, gaat verder rechts door de gemeente Saint-Nicolas de Rue Adolphe Renson in en na wat kruisingen met straten sla je een tijd later in de Rue de L'Espérance links een beklinkerd RaVel-pad in. Hier liep de bedding van de industriële spoorlijn 210 (Saint-Nicolas - Ans). Na bijna 500 meter verlaten we de spoorbedding om rechts via de N637 (Rue Emile Vandervelde) even later de autoweg E25 onder te lopen.
> Verderop nemen we vlak voor de spoorlijn Brussel - Luik rechts een gekasseid paadje tussen een muur en de lager lopende spoorlijnbedding. De volgende spoorbrug steken we wel over om de spoorlijn dadelijk rechts in dezelfde richting nog even te blijven volgen. Na 300 meter links de Rue en Bois in.
> Op een verkeersweg gaan we links nog wat verder stijgen. Eerste rechts dan, na 50 meter weer rechts en onmiddellijk links weer trappen op. Rechts de Rue du Citadelle volgen nu tot bij het grote oorlogsmonument, vanwaar je een uitgestrekt zicht hebt over Luik. De vurige stede ligt nu aan onze vermoeide wandelvoeten.
> Daarmee eindigt onze tocht bijna. Rest nog een superafdaling over de Montagne de Bueren, een schitterend trappenpad van 374 treden daalt helemaal af naar het hart van Luik. Een van de meest indrukwekkende trappenallees ter wereld. De trappen werden rond 1880 aangelegd met de bedoeling om het garnizoen in de citadel snelle toegang tot de stad te verlenen bij ontij. Een fantastische entrée!
> Een paar snelle padwissels brengen ons op een rechter pad waarover we het Parc de Naimette - Xhovemont uit komen bij een paar sportterreinen. We gaan er ongeveer rechtdoor de smalle Rue des Métiers in langs deprimerende woonblokken. Op het einde rechtdoor, de Rue des Buissons in. Ook deze straat lopen we helemaal uit, dan rechts-links doorsteken om rechts de Rue Jean Haust 120 meter te volgen. De straat draagt de naam van een Waalse dialectoloog.
> We gaan voorbij het Parc de la Paix links de indrukwekkende trappenallee van de Thier Savary op naar de Montagne Saint-Walburge. De trappen werden aangelegd in 1905.

 

 

 

 

 

 

GR 579 Brussel - Luik (161 km)