©
Luc Selleslagh 2013 - 2024 Trekkings.be
De meanderende Geul tussen Sippenaeken en Epen
Grenspalen B - NL
> Voor 1830 vormden de de Nederlandse en Belgische provincies Limburg één provincie onder het gezag van het Nederlandse huis van Oranje. Met de opstand van de Zuidelijke Nederlanden tegen Willem I in 1830 moeten de grenzen opnieuw worden vastgelegd. Limburg werd toen helemaal ingenomen door het nieuwe België, met uitzondering van de stad Maastricht.
> De internationale grootmachten Groot-Brittannië, Rusland, Oostenrijk en Pruisen erkennen in 1830 al het Voorlopige Bewind van de jonge Belgische staat en publiceren in 1831 de 'Grondslagen der Scheiding'. Limburg is echter een twistappel. Na veel discussie aanvaardt België het compromisvoorstel waardoor ondermeer Limburg zal worden gesplitst. Maastricht + het Limburgs gebied aan de oostelijke kant van de Maas zullen worden afgestaan aan Nederland. Willem I gaat daarmee niet akkoord.
> In 1838 aanvaardt Willem I eindelijk de XXIV artikelen en dus ook de grens. In 1839 wordt het akkoord ondertekend en vanaf 1843 start een Belgisch-Nederlandse commissie op het terrein met de afbakening van de hele uitgetekende grens tussen beide landen. Vandaar dus dat in de ijzeren palen het jaartal 1843 is gesmolten en niet 1830. Het deel van Limburg waar we de volgende twee dagen wandelen op Via Gulia was dus van 1830 tot 1839 onder Belgisch bestuur.
> De gietijzeren palen (hol binnenin) werden vervaardigd in de Cockerill-fabrieken van Seraing. Ze wegen ongeveer 372 kg per stuk. Je verplaatst dus de grens niet even snel. Het octagonale onderste deel (grotendeels in de grond) is 1 meter lang. De top is een gestileerde dennenappel.
> De vorm van deze grenspalen is zowat identiek aan die op de huidige grenslijn tussen België en Luxemburg. Het huidige Groot-Hertogdom Luxemburg behoorde immers toen nog tot Nederland. Op de grens tussen Limburg en België worden de grenspalen echter beter onderhouden. In de 170 jaren dat ze er staan hebben ze heel wat te verduren gekregen: Jagers die ze als schietobject gebruiken, boeren die ze scheefrijden met hun machines, vandalisme, oorlog, enz... Sommigen zijn er hun dennenappeltje, dat de paal aftopt, bij ingeschoten. Gezien hun respectabele leeftijd verdienen ze eigenlijk alle zorg en bescherming. Het zijn excentrieke symboolobjecten van het oude Europa met zijn vaak verschoven grenzen.
> De grenspalen tussen Nederland en België zijn genummerd van 1 tot 369. De nummering begint bij het drielandenpunt op de Vaalser berg en eindigt in het Zwin te Knokke Heist / Cadzand. Hier te Sippenaken passeren we nummer 8.
Heimansgroeve
> Het merkwaardige aan de Heimansgroeve is dat hier het oudste dagzomende gesteente van Nederland is te zien. De Geul heeft hier een vallei uitgesleten waardoor gesteente van ongeveer 330 miljoen jaar oud te zien is. Dat dateert uit het Carboon, toen hier mangroves en moerassen waren. De groeve bestaat uit koolhoudende zandsteen en leisteen. De groevesteen werd begin 20ste eeuw geëxploiteerd om wegen mee te verharden.
Eli Heimans
> Voor geologen en natuurliefhebbers is de groeve een interessante studieplaats omwille van de vele fossielen in het gesteente. De groeve werd trouwens na de sluiting in de jaren '30 door de Stichting Limburgs Landschap (die ze nog steeds beheerd) genoemd naar Eli (Eduard) Heimans (1861 -1914), natuurbeschermer avant-la-lettre, die hier de eerste fossielen ontdekte. Mede dankzij hem werd dit gebied gevaloriseerd als geologische merkwaardigheid met een bijzondere natuur. De hele omgeving wordt vandaag beschermd door vzw Het Limburgs Landschap.
> Heimans was een onderwijzer die op een voor die tijd nieuwe wijze van direct contact met de natuur, jongeren probeerde kennis en respect bij te brengen voor het landschap en de natuur. Hij trok verscheidene malen op verkenning al wandelend in een relatief beperkt gebied tussen Epen en de Belgische grens en schreef hierover in 1911 het boek 'Uit Ons Krijtland'. Hiermee zette hij dit stukje afgelegen Zuid-Limburg op de kaart en wekte hij de interesse van zowel toerisen als geologen.
> Ook meer dan 100 jaar later is het boek nog interessant om vergelijkingen te maken, met name wat de sterk afgenomen aanwezigheid van zinkflora betreft. Maar laten we hem zelf aan het woord uit zijn boek van 1911, een gevoel dat je wellicht kan delen in dit stukje Geuldal: "Elke herinnering is een verheuging; er is geen mislukte tocht bij. Altijd, al verdwaalden wij soms, al regenden wij door en door nat, al moesten wij eens bij nacht met lucifers het voetpaadje langs de Geul zoeken, altijd is het nog een genoegen, er aan te denken, en er van te vertellen ook."
> Bij het waterrad van de molen verlaat ik tijdelijk Via Gulia. Via Gulia maakt hier nog een ommetje langs
Epen-centrum, waar je tal van horecazaken cindt. Ik wijk hier af van Via Gulia om tijdelijk de beschrijving van de VAV (zie pagina wandelinfo) te volgen of de geelrode streepjes van
Streekpad Krijtlandpad, niet door Epen. Verder langs het waterrad van de molen en door een hekje. De weide hier wordt 'beheerd' door robuust gebouwde Galloways. In het verlengde van de weide over een pad langs een bosje, langs een rustbank en sportterreinen tot op de
Terpoorterweg, waar soms een fruit- en ijsverkoper staat.
> Bij een pleintje (rustbank) zijn we halfweg de hele Via Gulia (infoborden). Op de hoofdweg door Mechelen even links (rechts is een bushalte) en dan opletten om rechts een smal steegje niet te missen (bij huisnummer 34). Dit steegje loopt tussen huizen en komt uit in open veld via een stegelke.
> Via Gulia loopt hier weer samen met het Krijtlandpad en een Santiagopad. Kort rechts langs deze drukke weg en tegenover hoeve Geulhof neem je de wandeldreef links tot het einde. We zijn in het dorp Wittem aangekomen. Een bedevaartsoord.
> We volgen verder de Geul alweer door weiland en langs velden. Een eind verder rond een bosje draaien en op een weg naar links, verderop kom je langs het voetbalterrein van het gehucht Partij. Kort daarna rechts aanhouden en op een T naar links, de oude Heirbaan of Akener Weg.
> De Geul over en op de geasfalteerde weg tot de 17de eeuwse hoeve De Bek, ooit nog een posthuis langs deze eeuwenoude weg. Rechts over het erf van de hoeve en via een stegelke door een weide, nogmaals de Geul over tot bij de drukke weg Aken - Maastricht.
> In Wittem zijn een aantal cafés en restaurants die draaien op de bedevaarders en het doorgaand verkeer. Er is zowaar ook een soort supermarkt van heiligenbeelden, noveenkaarsen, de Sint-Gerarduskalender ed., de Sint-Gerarduswinkel!
Wittem: Sint-Gerardus & Peerke Donders
> Je kan de grote kapel bezoeken waar Sint-Gerardus Majella (1726 -1755) wordt vereerd, een Italiaanse heilige die omwille van zijn mirakuleuze bedeltochten in de 18de eeuw verheven werd door Rome.
> De orde van redemptoristen, die zich sinds 1835 in Wittem vestigde vanuit Vlaanderen, telt ook een zalige in eigen rangen: Petrus Donders, beter bekend als Peerke Donders (1809 -1887). Hij werd geboren in Tilburg (Noord-Brabant). Zijn eenvoudige komaf en twijfels over zijn capaciteiten bemoeilijkten zijn roeping om priester te worden.
> Ook als monnik werd hij geweigerd, oa door de redemptoristen. Men was hem liever kwijt dan rijk blijkbaar, hij scheepte in als missionaris naar Suriname en zou er zijn hele verdere leven blijven. Zijn werk onder de leprozen en voor de verdrukte minderheden maakten hem legendarisch. Omwille van een herstructurering in de kerk werd hij redemptorist maar eigenlijk heeft hij dus nooit een voet gezet in het klooster van Wittem. Zijn hart lag in Suriname. Op 23 mei 1982 werd hij zalig verklaard.
> We vertellen dit verhaal omdat er sinds 2009, ter gelegenheid van de 200ste verjaardag van Peerke Donders, een ongemarkeerde maar volledig beschreven wandelroute van 156 km is uitgewerkt tussen Tiburg en Wittem via Vlaams Limburg, het Peerkepad.
> We steken de weg naar Valkenburg niet over maar volgen links een parallel pad langs de rand van het kasteelpark van Wittem. Onderweg lopen we steeds kort bij de verkeersweg maar altijd op een gescheiden pad, afgezoomd met veel wilde bloemen. Verderop komen we bij een brede beek, de Eyserbeek. Deze beek komt van Bocholtz en loopt via Simpelveld en Eys naar de Geul. Links hier, op het prettige Burggravervoetpad dat na 150 de monding van de Eyserbeek in de Geul bereikt. Via een brugje de Geul over en 100 meter verder bereiken we de plek waar de Geul haar belangrijkste zijrivier ontvangt, de Gulp.
> We zijn nu 30 km gevorderd op Via Gulia sinds de bron bij Lichtenbusch. Hou de kerk van Gulpen als richtpunt. We volgen nu de Gulp en het Burggravervoetpad wordt de Burggraverweg bij de eerste huizen van Gulpen. Rechtdoor en als je Via Gulia verder volgt, kom je in het centrum van Gulpen waar je alle horeca en winkels vindt.
> Ik volg Via Gulia niet tot het centrum van Gulpen maar neem in de Burggraverweg de eerste rechts (Nieuwstraat). Verrassend stevig stijgen over deze bochtende Nieuwstraat. Langs en voorbij het oude kerkhof en dan rechts bij het familiehotel 'Trois Fontaines'. We zijn inmiddels weer op Via Gulia. Langs hoeve de Wijngaard, gebouwd in een opvallende stijl van speklagen mergelsteen en baksteen. Eens buiten de dorpskom van Gulpen is het dalen geblazen over het fietspad aan de linkerzijde van de weg Kieuwegracht / Gulpenerweg. Blijven dalen over het fietspad tot helemaal beneden.
Wijlre
> Het kasteel en zijn prachtige tuinen zijn privébezit. De huidige gebouwen zijn 17de eeuws maar er stond hier al zeker in de 13de eeuw een burcht, zetel van de heerlijkheid Wijlre. Ook de 13de eeuwse banmolen op de Geul, met zijn 2 schepraderen, hoorde daarbij. Het was een graan- en oliemolen. Later werd er een boerderij en brouwerij gebouwd. In de periode na WO II werd de molen verkocht aan de familie Otten waaraan het complex zijn naam van 'de molen van Otten' dankt. Er wordt nog op kleine schaal electriciteit opgewekt. De gebouwen werden gerestaureerd tot vakantiewoningen en de oude brouwerij groeide al in de 19de eeuw uit tot de bekende Brandt-brouwerij.
> We zijn weer op Via Gulia en nu volgt een aangenaam wandelpad, helemaal tot Schin-op-Geul. Door de weide via meer hekjes. Rechts een prachtig uitzicht over de Wielder Molen of Molen Otten, met dubbel rad op de Geul.
> Via Gulia volgt deze weg helemaal tot Wijlre maar er is alweer een beter alternatief van de VAV. Je neemt het tweede weggetje links, gerekend vanaf het punt waarop je Gulpen uit wandelde. Bij die afslag is een rustbank. Daar dus Via Gulia verlaten en links een pad volgen dat aanvankelijk door bos loopt. In het verlengde loop je door open veld richting Beertsenhoven, een gehucht van Wijlre. We gaan hier ook in het spoor van het met witrode tekens gemarkeerde Pelgrimspad. Op asfalt rechts en verderop langs sportvelden. Rechts ligt het kasteeldomein van Wijlre wat verscholen achter het groen. Langs de afspanning van brouwerij Brandt en dan links het afgesloten weiland in.
> Onderweg langs de tweede etappe blijven we de Geul trouw volgen als ze sterk meandert door het Zuid-Limburgse Heuvelland (NL). Bij Wittem en Gulpen zitten er wel wat verharde wegen tussen maar de wandeltocht verloop toch grotendeels over zeer aangename, grassige oeverpaden en door weiden met veel draaihekjes. Onderweg allerlei bezienswaardigheden, zoals de mooie watermolens van Epen en Wijlre, het pelgrimsdorpje Wittem en de vakwerkhuizen van Mechelen. Het zijn echter de mooie Geul zelf en haar stroomvallei die de show stelen op deze dagtocht van Via Gulia.
> Keuze te over aan horeca onderweg tijdens deze etappe, zowel campings, cafés en hotels. Er wordt immers druk gewandeld in deze regio, met name tussen de Epen en Wittem. Zie ook de pagina met wandelinfo.
> We starten deze etappe krak op de grens tussen België en Nederland. Een mooie oude grenspaal markeert dit punt. Om die (en Via Gulia) te vinden moet je misschien even zoeken op het campingterrein van 'Au vieux moulin', want die heeft verschillende uitgangen. Markeringen met een blauwgekleurd horizontaal (!) balkje helpen.
> Aan het andere einde van de weide langs de Geul even rechts-links en dan weer de weiden in. Er volgt weer een aangenaam stuk via stegelkes en langs een slingerende Geul. Rustbank onderweg. Uiteindelijk kom je op een grindpaadje naar camping 'De Gele Anemoon'.
> 'De Gele Anemoon' is de eerste van drie bijna opeenvolgende campings. Het paadje vervolgt verder langs een bosrand. Ter hoogte van camping De Gronselenput neem je een voetpad. De campingnaam verwijst naar een bron langs de Geuloever. Die ligt onmiddellijk rechts langs het pad, 130 meter na de campingingang maar door afkalving van de Geuloever ligt ze nu eigenlijk in de Geul.
> Het druk bewandeld voetpad loopt langs de voet van de Keutenberg. Deze berg is één van de steilste van Zuid-Limburg, het hoogteverschil tussen Geuldal en de top van de Keutenberg is net geen 100 meter. Je vervolgt rechtdoor en komt op een verhard wegje in het gehucht Engwegen. Rechtdoor en zo passeer je een derde camping, Vinkenhof. Het wegje komt uit op de hoofdstraat door Schin-op-Geul, de weg tussen Wittem en Valkenburg (bushalte links op 100 m).
> We zijn nu 35 km ver op Via Gulia. Ons wandelpad gaat hier rechts, steekt de Geul over en neemt nog 30 meter verder links een klinkerpad. Dit gaat over in een wijkweg en draait naar rechts om wat verder op een T-kruising te arriveren. Links daar en licht stijgen tot op het kerkplein van Schin-op-Geul.
> Voilà hier stoppen we voor vandaag. Je kan hier een bus of trein nemen of overnachten op één van de aangename campings die we daarnet passeerden. Nog slechts 17 km te gaan tot de monding van de Geul!
> Over de Nederlandse grens volg je het wandel-/fietspad. Het draait wat weg van de Geul naar rechts tot je op een T-kruising komt. Links hier. De wandelbrug over de Geul steek je niet over, we blijven de volgende kilometers aan de rechteroever van de Geul. Voorbij een sterk gerestaureerde vakwerkhoeve, Birven. De woning en schuur worden verhuurd aan groepen. De Geul verder volgen door een weide tot bij de Heimansgroeve.
> In de populieren van de Geulvallei hangt nog wat immergroene maretak, dat valt vooral op 's winters als de bomen hun eigen bladeren hebben verloren. Langs de oever heb ik ook gespeurd naar zinkflora maar het enige wat ik zag was een toefje Engels Gras op een vrijgemaakt proefvlak. Met de stopzetting van de zinkontginning te Plombières en Kelmis is de zinkflora, die 100 jaar geleden massaal tot Epen waar te nemen was bijna helemaal verdwenen aan de Nederlandse kant van de grens. Aan de overkant van de Geul, tegenover de groeve, ligt nog een klein gebiedje waar wat zinkviooltjes en zinkboerenkers bloeien en waar wordt geëxperimenteerd met herintroductie van zinkflora.
> Verder door de weiden en via stegelkes langs een wel erg sterk meanderende Geul tot bij een volgende brug. Deze oversteken, even omhoog tot een asfaltweg. Links ligt het verblijfs- en recreatiedomein 't Zinkviooltje maar we gaan rechts die weg op, langs hoeve Vernelsberg. Licht dalen en verderop scherp rechts een gekasseide weg op die recht naar de Epense volmolen loopt.
Volmolen Epen
> De rustieke gebouwen van de Epense watermolen lijken een oude geschiedenis uit te stralen. In feite is de geschiedenis ervan relatief jong in vergelijking met veel andere watermolens waarvan de geschiedenis terug gaat tot soms de 13de-14de eeuw. De volmolen van Epen kwam in bedrijf eind 18de eeuw. Hij werd gebouwd op de Geul voor de lakenindustrie, die toen in de steden van wat vandaag de Euregio is, een sterke bloei kende.
> Het waterrad bracht een mechanisme van stampplaten in beweging. Door middel van toegevoegde stoffen, zoals vetstoffen en urine, werden geweven stoffen tot hard textiel geperst, zoals lakens. De molen van Epen moet in die tijd echt een milieuvloek zijn geweest: Stankoverlast van de gebruikte produkten en sterke bezoedeling van de Geul. In de 19de eeuw groeide het molencomplex uit tot een echte textielfabriek, inclusief spinnerij. Een paar branden in 1867 en 1870 betekenden het einde van de volmolen. Nadien begon de Epense molen een nieuw leven als een traditionele graanmolen.
> Na 1900 worden gietijzeren turbines geplaatst. Na WO II verliest de watermolen zijn economisch belang en gaat hij uit bedrijf. Nadat in 1973 een groot deel van de infrastructuur verloren gaat aan nog een brand beginnen uitgebreide restauratiewerken om de watermolen te bewaren als geklasseerde graanmolen, in eigendom van Natuurmonumenten en beheerd door een vzw. Het binnenwerk komt grotendeels van een andere molen en ook het waterrad werd volledig nieuw geplaatst rond 1976. Eigenlijk heeft er nooit een rad met zo'n grote diameter gestaan.
> In 1977 werd het vernieuwde complex feestelijk geopend, niet enkel als monument maar hij wordt weer in bedrijf genomen voor commerciële graanverwerking tot bloem voor bakkers. Die laatste aktiviteit wordt na 1994 weer gestaakt door de overspoeling van de markt met goedkopere Duitse bloem. Bij de molen vind je Via Gulia-informatieborden die je nog meer vertellen over deze oude molen.
De Gulp
> De Gulp is de belangrijkste zijrivier van de Geul. Ze ontspringt net als de Geul in België (tussen Hendrik-Kapelle en Homburg), en is eveneens snelstromend. Ze vloeit verder noordelijk door Teuven, Slenaken en Mechelen om na zowat 22 kilometer hier dus in de Geul te monden. Nabij de samenvloeiing was in de vroege middeleeuwen strategisch een motte gelegen (een primitieve, versterkte vesting op een heuveltje)
Gulpen
> Sinds de fusie met Wittem in 1999 hoort Gulpen officieel tot de gemeente Gulpen-Wittem. De dorpsnaam is uiteraard afgeleid van het riviertje Gulp. Symbool van het dorp is de forel, in de omgeving werd en wordt immers forel op de Gulp gekweekt via afgeleide vijvers Een monument en waterfontein ter ere van de forel vind je aan de andere zijde van het dorp. Overigens is Gulpen ook wat de 'bierhoofstad' van Zuid-Limburg: Hier wordt het heldere Gulpenerbier gebrouwen en brouwerij Brandt is in het nabijgelegen Wijlre gevestigd, we komen daar nog langs.
Even laten passeren...
Kleine stuw op de Geul
Pootje baden in de Geul te Epen
Langs de Geul tussen Mechelen en Partij
Door een weide bij hoeve De Bek
Noveenkaarsen voor de H. Gerardus Majella
Grote ereprijs >
Via Gulia door een gang van fluitekruid
Vakwerkhuis te Beertsenhoven
Banmolen van Otten
Veel gele dovenetel langs het pad naar Schin-op-Geul
Gulpen, forelfontein
Bosweg naar Beertsenhoven (alternatief traject Via Gulia)
Kasteelboerderij van Wittem
Insektenleven langs de Geuloever tussen Sippenaeken en Epen:
Weidebeekjuffer.
Parende veelkleurige goudhaantjes
Een krabspin die aan de feestdis zit, dat is een nest dagpauwoogrupsen.
> Hier aan de Terpooorterweg komt Via Gulia er weer bij. Rechtdoor nu over een bijzonder mooi traject van enkele kilometers, door weiden langs de rechteroever van de Geul. In de verte zie je even later de kerk van Mechelen liggen, ons volgende doel. Het pad door weiden is vrij duidelijk en de richting steeds maar rechtdoor, of afbuigend met de Geul.
> We hebben in totaal 25 km afgelegd van Via Gulia kort voor we het dorpje Mechelen bereiken. Ook hier rechtdoor over de wijkstraat naar het centrum.