Startpagina > Wandelen > Streek-GR Dijleland
> 's Zomers vliegen er veel weidebeekjuffers over de Molenbeek en soms kan je bij windstil weer worden geplaagd door hele zwermen muggen. De eerste keer dat ik over Streek-GR Dijleland het Silsombos binnen liep zal ik niet snel vergeten. Nog nooit zulke dichte drommen muggen gezien. Ik moest me letterlijk een weg banen door de muggenzwermen, met gesloten mond om er geen in te slikken en voor mij uit zwaaiend met mijn topogids over GR Dijleland... Zo erg was het. Op betere momenten zal je er echter veel minder last van hebben. Op de bosranden kan je dan mogelijk nog wat worden geplaagd door dazen. Ook dat is natuur.
> We nemen naar links buurtweg 5 en een eind verderop gaan we rechts. Enkele honderden meters verder weer links een veldwegje op, de Hollandwegel. We volgen hem langere tijd en op het einde komt hij in een paar bochten uit op de Driesstraat te Nederokkerzeel. Links-rechts-links de Binnenveldstraat nemen en na een paar honderden meters links een grassig kerkpad inslaan dat rechtstreeks naar de Sint-Stefanuskerk van Nederokkerzeel loopt.
> Rond de kerk (café) en aan de andere zijde opnieuw in noordelijke richting de Peperstraat volgen. Verderop komen we na een paar afslagen op de Groenenwegel. Verderop links de Liststraat inslaan om deze even later in een bocht weer te verlaten om rechts een grassige veldweg te volgen. Verderop links en rechts om zo na een tijdje op de Neerstraat te komen, vlakbij een volgend natuurgebied van De Groene Vallei, het echt wel bijzondere Torfbroek.
> Natuurreservaat Torfbroek is mijn favoriete natuurreservaat, ik heb inmiddels al vele malen vertoefd in de unieke natuur hier en steeds weer valt er iets nieuws te ontdekken. De kleine bloemen van orchideeën en andere planten zijn toch wel zeer bijzonder. Typisch hier is ook de vreemde geur van moerassig water die hier hangt en toch is de waterkwaliteit hier zeer goed. GR Dijleland draait het reservaat in en loopt dan door de rietachtige vegetatie waartussen bijzondere planten groeien. De verkavelde omgeving hier is bijzonder jammer. Door ongebreidelde verkavelingsdrang ging een deel van Torfbroek onherroepelijk verloren.
> GR Dijleland gaat hier links naar het eigenlijke natuurreservaat maar het is - vooral eind mei, begin juni - zeer de moeite om nog 50 meter rechts te wandelen om daar een ander deeltje van natuurreservaat Torfbroek even in te wandelen, Ter Bronnen. Je vindt in dit kleine gebied al het moois uit het grotere gebied tesamen + nog een paar extra soorten zeldzame planten! GR Dijleland vervolgt echter links en wat verder kom je aan een hekje dat je toegang geeft tot het reservaat.
> Deze etappe is absoluut mijn favoriet deel van Streek-GR Dijleland. Niet enkel omdat ik er niet ver vandaan woon maar vooral ook omwille van de boeiende natuurreservaten, die samen het Natuurpark De Groene Vallei vormen. Tussen de treinstations van Veltem en Eppegem is het echter ook geen aaneengeschakeld groengebied. Typisch voor Vlaanderen is de versnippering van al dat groen. De drukke driehoek Leuven - Mechelen - Brussel wordt ook doorsneden met een pak verkeersaders en boven je hoofd scheren vliegtuigen richting Zaventem. Toch zijn de stukjes natuur die je doorkruist - Molenbeekvallei, Silsombos, Torfbroek, Hellebos - stuk voor stuk bijzonder waardevolle biotopen. Als je er op het juiste moment bent, kun je hier heel wat zeldzame planten aantreffen.
Streek-GR Dijleland door natuurgebied Torfbroek
Vlinders in de Zennevallei: Oranje luzernevlinder, icarusblauwtje en kleine vuurvlinder.
Het Steen, geschilderd door Rubens
Neerhof tussen Elewijt en Het Steen
Underpass E19 te Elewijt
Sint-Hubertus als bisschop (beeld 1856)
De Barebeek bij het Hellebos
In het spoor van 2 GR's
GR Dijleland langs de rand van het Hellebos
Torfbroek
Vliegtuigen scheren laag over Torfbroek
Nederokkerzeel
GR Dijleland door Torfbroek
Planten van het Silsombos: eenbes, bosorchis, grote keverochis
Lantaarntje
GR Dijleland door het Silsombos
Knolsteenbreek
Gele lis
Onderweg tussen Erps-Kwerps en Molenbeekvallei
Molenbeekvallei
Molenbeekvallei
Beisem
Bosorchissen in Silsombos
Blauwe knoop
Parnassia
Orchideeën van Torfbroek: grote muggenorchis, brede moeraswespenorchis, bosorchis
Bruinrode heidelibel
Eenbes
Roze knoopzwam
Door het Moorbos
Barebeek te Elewijt
Het Steen te Elewijt
Steenvaartdreef
In de omgeving van de in 1914 verwoeste sluistoren
van Weerde is de Zennevallei op haar mooist.
Onderweg van Elewijt naar Eppegem, deze veldweg is nu gedeeltelijk geasfalteerd.
Veldweg naar Eppegem, onder een dik sneeuwtapijt
Sluistoren voor de verwoesting in 1914 (postkaart)
> We vertrekken vanaf de treinhalte van Veltem, met de treinsporen achter ons, gaan we links de Stationsstraat. Deze rechte hoofdstraat door Veltem loopt langs een Proxy Delhaize en een OLV-kapel. Verder rechtdoor in de Pastoor De Clerckstraat langs een parkje met rustbanken en de kerk met dorpsplein (rustbanken, frituur).

> Steeds ongeveer rechtdoor en eens in de Lodewijk van Veltemstraat nemen we de eerste wijkstraat rechts (Papestraat). We nemen er al na enkele tientallen meters links een buurtpad dat tussen achtertuinen loopt en al snel een veldweg wordt. Dat pad eindigt in de Kerkstraat te Beisem, we gaan er rechts en bij de Heilig Hartkapel links (nog steeds Kerkstraat).

> Voorbij de kerk loopt de aanvankelijk gekasseide Kerkstraat meteen een eerste natuurgebied binnen van De Groene vallei: de Molenbeekvallei.
> We wandelen een tijdje door de Eppegemse velden. Deze Plasstraat was altijd een veldweg, verhard met lichte steenslag, sinds 2010 is hij echter voorzien van een streep asfalt voor de fietsers. We bereiken dadelijk het treinstation van Eppegem (op de lijn Brussel - Antwerpen).
> Rechts onder de spoorbrug en dadelijk weer rechts (Spoorwegstraat). Voorbij de laatste huizen gaan we links opnieuw tot bij de Zenne. Met een korte uitwijking steken we ze over via de in 2018 aangelegde fietsersbrug. Aan de andere oever gaan we wat verder op de Zenneweg links tot in het historische centrum van Eppegem. Hier eindigt ook onze etappe.
> De Steenvaartdreef laten we dus links liggen om pas bij de volgende gelegenheid links een pad te nemen, maw na zowat 250 meter op de Zennedijk verlaten we hem dus weer door nogmaals links af te slaan. In deze omgeving vond ik rond een schraal bosje van distels en heelblaadjes zowaar een klein paradijs aan vlinders. Toen ik hier wandelde op een zonnige septemberdag zag ik landkaartje, icarusblauwtje, 2 oranje luzernevlinders, 2 vuurvlindertjes en een distelvlinder. Rechts, aan de andere kant van de Zenne ligt de fotogenieke ruïne van de oude sluistoren van Weerde.
> We arriveren op de drukke Elewijtsesteenweg / Rubenslaan. Voorzichtig oversteken om aan de overzijde meteen rechtdoor een paadje in te slaan. Het zoekt zich tussen bos, struweel en akkers langzaam een weg naar de oevers van de Zenne. Eens daar gaan we links en we laten de kaarsrechte Steenvaartdreef links liggen.
> We kruisen via een brug eerst nog eens de Barebeek (herlegd voor de E19) om vervolgens via een voetgangers- en fietserstunnel onder de E19 door te gaan. Of Elewijtenaar Rubens de kleurrijke graffiti die vandaag de tunnel siert (of ontsiert) zou appreciëren is zeer de vraag. Rubens 'zag het niet zo' in ieder geval.
> Ongeveer tegenover het kerkportaal nemen we aan de andere zijde van Tervuursesteenweg de Sint-Hubertusweg, een steeg die we al na een goeie 50 meter weer verlaten door rechts een graspad te nemen. Dat buurtpaadje arriveert op de Eppegemsesteenweg, die we naar links volgen. De straat loopt in lijn naar een tunnel onder de autosnelweg E19. Onderweg komt bij een GR-wandelboom van rechts de Vlaanderenroute (GR 128) ons traject vervoegen via een voormalige Romeinse Heerbaan, de Waversebaan. We wandelen over Streek-GR Dijleland trouwens ook nog steeds in het spoor van Streek-GR Groene Gordel.
> De Steendreef, aan de andere zijde van de E19, is aanvankelijk een ordinair verkavelde straat maar loopt daarna verder als dubbele dreef die sinds 1986 met krimlinden is afgezoomd. Langs het Neerhof (een voormalig pachthof van Het Steen, gebouwd rond 1735) en daarna de brede dreef door. Deze dreef tussen Het Steen en het dorp Elewijt bestond nog niet in de tijd dat Rubens wat verderop het kasteel betrok maar staat wel ingetekend op de Ferrariskaart (1775). Ze werd mogelijk aangelegd in dezelfde periode waarin het Neerhof werd opgetrokken.
> Aan onze linkerzijde zien we een open canvaskader met een doorkijk op een bewaard landschap (rustbank). Deze 'zag Rubens het zo?'-kaders zijn geplaatst voor het 8 km lange lokale Rubenswandelpad. We komen langs de hoofdingangspoort van Het Steen en blijven op de asfaltweg, dus niet links het aantrekkelijk wandelpad langs de Barebeek volgen.
> Voorbij de kerk gaan we rechts om al daarna dadelijk linksvoor te kiezen voor Voetweg 80. Op de T-kruising die volgt links en op de volgende rechts (Voetweg 76). Een eindje verder links (Voetweg 47). We zijn nu in het Silsombos, eveneens behorende tot De Groene Vallei.
> We volgen rechtdoor het lokale wandelpad 'Van Steelantpad'. In het verlengde vervolgen we op onverharde ondergrond langs de bosrand van het Hellebos. We snijden een kort stuk van de Depotwegel af en pakken even een stukje Hellebos mee, waarna we over een graspad langs de bosrand en een afrastering lopen. We wandelen hier langs een volgend groengebied van het Natuurpark De Groene Vallei.

> Onderweg langs het Hellebos fotografeer ik wat paddenstoelen. Op het einde van de Depotwegel gaan we bij de bosrand naar rechts de Wolfputwegel op. Aanvankelijk kan dit pad wat overgroeid zijn maar al snel verbreedt het. Lange tijd lopen we langs de omheining van de bosrand.
> Verder over de Breemstraat en we kruisen de Kampenhoutsesteenweg om rechtdoor te vervolgen in de Boektsestraat. Helaas moet Streek-GR Dijleland hier over verharde straten lopen, het oorspronkelijke traject was wilder en liep langs de Barebeek maar de privé-eigenaar verzette zich de passage van wandelaars. We volgen de Boektsestraat dus nog een tijdje en komen op een rustig kruispunt, gemarkeerd met een GR-wandelboom. Van links komt immers het traject van Streek-GR Groene Gordel.
> Wij vervolgen naar rechts over de onverharde Snijsselsbosweg, tesamen met de andere Streek-GR. Een tijdlang over de veldweg tussen veld en bosrand en verderop meedraaien naar links langs die bosrand. Daarna kiezen we rechts voor een dreef door het Elewijtse Moorbos.
> We wandelen eigenlijk pas nu Perk en het grondgebied van Steenokkerzeel uit, hoewel we al vlakbij het centrum van Elewijt zijn. We volgen de Barebeek verder stroomafwaarts en steken ze over om daarna links te gaan. Na een zigzag komen we over de Molekensbeekvoetweg langs de wijkschool 'De Regenboog' en op Elewijtse eenrichtingsstraat Molenveld. Links daar richting centrum Elewijt. Onderweg komen we nog langs een bakkerij.
> Op de V-splitsing net voor het dorpscentrum volgen we de linkertak, Victor Sevranckxstraat. De straat draagt de naam van nog een bekende schilder die het aangenaam leven vond in Elewijt: Victor Sevranckx (1897 -1965). Hij kwam op late leeftijd in Elewijt wonen en verwierf vooral bekendheid met zijn abstracte kunst van zowel schilderijen, sculpturen als architectuur. We arriveren achter de kerk (café) en langs het kerkschip bereiken we de Tervuursesteenweg.
> Het prettige wandelpad door het Moorbos loopt een tijdje kaarsrecht. Deze zogenaamde 'Hoofdbosweg' loopt tesamen met lokaal wandelpad 'Natuur-rijk Elewijt'. Dit bos is een restant van het oude Kolenwoud en is vandaag samengesteld uit nogal vrij veel Amerikaanse eik, naast andere loofboomsoorten. Op het einde 20 meter naar rechts op een asfaltweg om dan links De Meulekensweg in te slaan.
> De Wolfputwegel voert ons een eindje door het Hellebos en bij een bosje populieren kruisen we over een betonnen brug voor het eerst de Barebeek. Tesamen met de Dijle, de Zenne, de Voer en de IJse behoort de Barebeek tot de grotere waterlopen in het Dijleland.

> We zijn nu het Hellebos uit en komen op de Breemstraat bij Perk. We volgen de straat naar rechts een tijd en wandelen langs een boerderijgevel met een oude beerpomp en langs een Lourdesgrot uit 1932 (rustbanken).
> De Kampenhoutenaars verkozen als mooiste plekje van hun gemeente. Opvallend zijn ook de vliegtuigen die boven je hoofd passeren, we zitten vlak onder een aanvliegroute naar de luchthaven van Zaventem. We komen via een hekje het Torfbroek weer uit op een verharde bosweg. Dat komt uit op de Torfbroeklaan. We volgen deze wijkweg van Berg helemaal tot bij de drukke Haachtsesteenweg (krantenwinkel, bushalte) die we oversteken.
> Altijd rechtdoor in golvend landschap tot buurtweg 23 Kwerps bereikt in de Haaggatstraat. Links daar en bij de eerste gelegenheid links (Processieweg). We arriveren op het einde op de Kouterstraat, en gaan er rechts door het centrum van Kwerps.
> Om even Kwerps in te wandelen ontbreekt me de tijd, we hebben nog een eind te gaan op deze etappe. Je moet wel goesting hebben om in Erps-Kwerps te wonen, het dorp ligt haast pal onder de drukste aanvlieglijn naar Zaventem. Een spektakel misschien voor de wandelaars om die zware vliegtuigen pal boven je hoofd te zien vliegen, de inwoners hier kijken er al lang niet meer van op.
> We volgen over Voetweg 47 een beek en draaien wat verder rechts om Voetweg 69 te volgen. Op het einde van Voetweg 69 naar links en kort daarna naar rechts om Voetweg 95 te volgen. Op dat punt kun je eventueel de wandelroute even verlaten om links af te slaan voor een kijkje in het Natuurpunt-Bezoekerscentrum van De Groene Vallei. Je krijgt er informatie over alle deelgebieden van De Groene Vallei. Over Streek-GR Dijleland bezoeken we ze bijna allemaal. Ook voor een hapje en een drankje kun je er terecht. Open woensdag tot zondag van 10 tot 18 u. Tijdens het weekend vanaf 14 u.

> Streek-GR Dijleland volgt nog enkele kilometers voetwegen door het Silsombos. Voetweg 95 is af en toe wat overgroeid met netels en kan wat drassig zijn. In deze natuurgebieden waar veel vrijwilligers jarenlang hebben gewerkt om tot een meer gevarieerde natuurbeleving te komen, ligt nu een lappendeken van bosjes, hooilanden met orchideeën en bloemenweiden.

> Onderweg over voetwegen 95 en 76 wandelen we ook door meer open graslandgebied om zo op de zogenaamde "Zwarte Madamweg" te komen. Links langs de Molenbeek tot bij de beeltenis van de Zwarte Madam.
> We hebben zowel voor het begin- als eindpunt een plaats gekozen met een treinstation. In Veltem spoor je tussen de stations van Leuven en Brussel. Vanuit Eppegem spoor je naar Brussel of Mechelen. Ongeveer halfweg kruis je al wandelend de Haachtsesteenweg, waarlangs regelmatig bussen tussen Haacht en de bushub van luchthaven Zaventem rijden.
> Cafés en restaurants onderweg heb je te Eppegem, Elewijt, Kwerps en Veltem, Kwerps, Nederokkerzeel, Elewijt en Eppegem. Voor bevoorrading: tussen de kerk en het treinstation van Veltem kom je kort na de etappestart langs een Proxy Delhaize. Over halfweg de etappe kun je langs de Haachtsesteenweg te Kampenhout-Berg op 500 m richting Brussel terecht in een Aldi .
> De beste periode om dit deel van Streek-GR Dijleland af te wandelen is afhankelijk van lentewarmte eind mei / begin juni, als in de natuurgebieden de orichideeën bloeien. Op sommige momenten kunnen er ook veel muggen aanwezig zijn in de natuurgebieden Torfbroek en Silsombos. Gebruik eventueel een muggenwerend middel.
Steenvaartdreef
> Het rechte wegje tussen de Zenne en de drukke Rubenslaan dat sinds 2019 niet meer op het traject van Streek-GR Dijleland ligt, loopt eigenlijk op of naast een gedempt kanaal. Dat kanaaltje werd aangelegd tussen de Zenne en de Barebeek en verbond zo Het Steen met de Zenne. Het werd aangelegd in 1259 en wellicht verplaatste Rubens zich tussen de stad Antwerpen en Het Steen over dit verdwenen kanaal. Op de Ferrariskaarten, gemaakt rond 1775, zien we dat het kanaal toen al gedempt was.
> Tot vandaag is de Steenvaartdreef eigenlijk een privé-weg maar wel met het karakter van een eeuwigdurende openbare erfdienstbaarheid met toegang voor wandelaars en fietsers. In 2009 kwam het tot een overeenkomst tussen de eigenaar en de gemeente Zemst om er een streepje asfalt op te leggen ten voordele van de fietsers. De canadapopulieren werden tevoren al gekapt en in 2010 werden ze vervangen door jonge eiken om er weer een volwaardige dreef van te maken.
> Het Steen is echter vooral bekend omwille van zijn wereldberoemde 17de eeuwse eigenaar: de schilder Pieter Pauwel Rubens. Hij kocht het vervallen kasteel in mei 1635, liet het ombouwen in renaissancestijl en verbleef er tot eind 1639. Hij stierf enkele maanden later te Antwerpen. Rubens moet hier in Elewijt een aantal gelukkige jaren hebben gekend, genietend van de omgeving en zijn 'jong blaadje' Hélène Fourment.
> Rubens was al 53 toen hij met de 16-jarige Hélène hertrouwde. Ze kregen nog 5 kinderen, waarvan het laatste geboren werd toen Rubens al dood was. Dat geluk met zijn rondborstige jonge vrouw in Elewijt blijkt ook uit de vele portretten die hij van haar maakte maar ook uit de landelijke taferelen die hij schilderde, ongetwijfeld geïnspireerd op de mooie omgeving van het land rond Zenne en Dijle. Hij moet ook trots zijn geweest op zijn eigen kasteel, dat hij op doek vereeuwigde in twee schilderijen, ze zijn vandaag te bekijken in de Londense National Gallery en in het Louvre van Parijs. Ongetwijfeld had hij in Het Steen ook contacten met andere schilders, zoals David Teniers, die in het vlakbij gelegen Perk woonde. Eigenlijk was van een burcht niet echt meer sprake in de tijd van Rubens, eerder van een groot landhuis met een residentiële functie.
> Rond 1754 werden een aantal mooie zijgebouwen toegevoegd, opgetrokken in Vlaamse renaissance-stijl. De laatste grote veranderingen dateren van rond 1875, dat waren niet meteen smaakvolle aanpassingen. In de periode rond de Franse Revolutie had Het Steen een functie als staatsgevangenis. Tijdens het interbellum werd een deel van de grachten gedempt om er een tuin aan te leggen. In de 20ste eeuw werd Het Steen soms geopend voor het publiek. Helaas was dat sinds 1990 niet meer het geval, een bedrijf baatte het domein uit voor evenementen tot in de jaren '10. Als passerend wandelaar moest je het dus maar stellen met even te piepen door de tralies van de poort. In 2019 kocht Toerisme Vlaanderen, onder de bevoegdheid van N-VA minister Ben Weyts, Het Steen echter aan voor iets minder dan 4 miljoen euro. De komende jaren krijgt het domein dan ook een herbestemming.
> Tegenover het kasteel zijn nog de resten van een watermolen te zien, die eveneens tot het kasteeldomein behoorde. De huidige gebouwen werden rond 1780 opgetrokken. De geschiedenis van de watermolen gaat echter terug tot de 13de eeuw, hij was in bedrijf als graanmolen tot 1890.
Sluistoren van Weerde
> Op deze plaats bevond zich een sluis, molen en tolhuis. Wie zich langs hier over de Zenne verplaatste in de middeleeuwen, moest tol betalen. Wellicht gebeurde die heffing in opdracht van de eerste kasteelheer van het Elewijtse Steen, een kasteel waar we verderop langs komen. De getijdenwerking werd hierdoor haast geneutraliseerd verder stroomopwaarts. Het complex dateert uit de 13de of 14de eeuw. Helaas werden de gebouwen grotendeels verwoest tijdens de oorlog in 1914.
> Er bleef slechts één zandstenen muur over. De ruïnes van de sluistoren in het kader van een meanderende Zenne, vormen vandaag één van de mooiste plekken in de gemeente Zemst, er passeren dan ook nogal wat wandelaars en fietsers.
Het Steen, Rubenskasteel
> Het Elewijts kasteel Het Steen heeft een lange voorgeschiedenis. Waarschijnlijk stond hier al een versterkte houten of stenen toren op een aarden verhoging in de 11de eeuw, een zogenaamde motte. Die kaderde mogelijk als vooruitgeschoven post in een verdedigingslijn van de Berthouts van het Land van Grimbergen tegenover het Mechelse machtsblok. Er kwam een stenen burcht rond 1304.
> Tijdens de tweede eeuw groeide de Romeinse militaire site uit tot een nederzetting (mansio). In 1636 werden veel Romeinse zilveren en bronzen munten gevonden. In 1871 ontdekte een amateur-archeoloog heel wat grafurnen uit de preromeinse en romeinse periode. Vanaf 1947 werd gezocht naar sporen van het wooncomplex van het mansio. Heel wat aardewerk en brons uit de 2de en 3de eeuw werd gevonden, evenals een waterput en funderingen van het wooncomplex. Ook in de 21ste eeuw wordt nog archeologisch werk verricht, ihb naar aanleiding van bouwwerken in de gemeente.
Elewijt en Sint-Hubertus
> In de middeleeuwen groeide Elewijt uit tot een belangrijk regionaal bedevaartsoord. Net zoals in Wakkerzeel, waar we verder over GR Dijleland langs komen, werd hier Sint-Hubertus vereerd. Waarom hij hier in het Dijleland zo populair was is niet geheel duidelijk. Volgens de legende stierf de Ardense heilige in het niet zo ver afgelegen Tervuren maar die bewering is verre van zeker.
> Vooral op Pinksteren en op het naamfeest van de heilige Hubertus was er nogal een toeloop in Elewijt voor verering. Hubertus werd vooral aanroepen tegen hondsdolheid. De eeuwenlange verering verdween eind 19de eeuw met de uitvinding van een vaccin tegen hondsdolheid door Louis Pasteur. Enkel nog de processie van Elewijt herinnert nog aan de oude tradities, ze trekt na meer dan 400 jaar nog jaarlijks door de Elewijtse straten.
> Van de Elewijtse kerk is vooral de romaanse toren zeer oud. De rest werd afgebroken en herbouwd in 1847. Voor die tijd stond het schip van de kerk volledig anders georiënteerd tegen de zandstenen toren, het bevond zich waar nu de parking is. Bij de kunstschatten in de kerk ondermeer een waardevol Peteghemorgel.
Elewijt, Romeinse site
> Te Elewijt hadden de Romeinen tijdens de eerste eeuw van de jaartelling een kleine nederzetting. Oorspronkelijk ging het om een legerkamp, gelegen bij de kruising van 3 wegen. De belangrijkste was de heerweg naar Waver en Gembloers, een andere liep naar het Romeins heerwegenkruispunt van Asse en een derde liep naar Nederland. De huidige Waversebaan komt in grootte overeen met het tracé van de heirbaan naar Gembloers. Ongeveer 1 meter onder de weg werden sporen terug gevonden van de oude Romeinse kassei. Het legerkamp lag relatief hoog gelegen op ongeveer 500 meter ten noorden van de huidige dorpskern.
> Een prettig pad slingert langs de Molenbeek. We wisselen onderweg een paar keren van oeverzijde via bruggetjes. We arriveren uiteindelijk weer op de drukke Lodewijk van Veltemstraat; rechts over een 200 meter. Op het eerste kruispunt linksvoor verder in de Diestbruggestraat. Op een driehoekig pleintje met picknickbank kiezen we op de vorksplitsing rechtsvoor voor een verharde veldweg. Steeds rechtdoor, ook voorbij een witte villa, waar we over een veldweg vervolgen. Padmarkering is hier eerder schaars, door het ontbreken van steunpunten.
Natuurpark 'De Groene Vallei'
> Natuurpark 'De Groene Vallei' werd in februari 2014 officieel in het leven geroepen. De titel van 'natuurpark' heeft eigenlijk rechtstreeks niks te maken met 'natuurreservaat' of 'nationaal park'. De benaming kan redelijk vrij worden geïnterpreteerd en slaat op een samenwerking voor het beleid rond natuurgebieden en het bundelen van kennis en projecten. Eigenlijk gaat dat projectidee tot begin jaren '00 terug maar al die jaren leed het een wat sluimerend bestaan. Daar is dus nu verandering in gekomen. Onder het Natuurpark vallen veel versnipperde groengebieden, van het Steentjesbos en het Hellebos bij Kampenhout tot De Rotte Gaten en de Molenbeekvallei te Veltem-Beisem (Herent).
> Stukjes groen in een gebied van pakweg 20 x 8 km in Midden-Brabant. Over GR Dijleland passeren we langs de meest boeiende groengebieden, dat zijn wellicht Torfbroek en Silsombos, waar de meest uitzonderlijke flora voortspruit uit opwellend kalkhoudend grondwater. Veel van de natuurgebieden zijn in beheer of in eigendom van Natuurpunt, de voortrekker van het natuurparkproject. In samenwerking met andere beheerders, de betrokken gemeenten en provinciale overheid, zullen de komende jaren zeker heel wat aktiviteiten en plannen tot ontplooiing komen die alleen maar de natuur kan ten goede komen in deze druk bevolkte en met verkeersaders doorsneden streek.
Hellebos
> Dit bosgebied, dat grotendeels op grondgebied van de gemeente Kampenhout ligt, is een honderden jaren oud bos met een basisbestand van vooral eik. Tijdens je wandeling merk je nog sporen van de militaire basis die hier een tijd was, zoals aarden wallen en typisch militaire prikkeldraadafbakening. Vandaag gebeurt het beheer van het Hellebos gedeeltelijk door Natuurpunt. Heel wat paddenstoelensoorten werden in het Hellebos geregistreerd. Zelf ontdekte ik hier ook eenbes, een plant die toch wel redelijk zeldzaam is in Vlaanderen. De aanwezigheid van eenbes vertelt ook dat er een zekere aanwezigheid van kalk in de bodem moet zijn. Begin 2014 werden 46 hectaren van het Hellebos-Rotbos door de Vlaamse overheid uitgeroepen tot natuurreservaat.

> Een ander deel is officieel echter nog steeds militair domein en wordt door de federale politie gebruikt als slipschool. Daarvoor werd een groot verhard terrein aangelegd midden in het Hellebos. Die aktiviteiten stuiten meer en meer op verzet van zowel omwonenden, Kampenhouts gemeentebestuur en Natuurpunt, die het Hellebos liever integraal als natuurgebied zouden willen zien.
Beisem
> Dit dorpje, dat vandaag tot de gemeente Herent behoort, ligt op slecht 1 km van Veltem. Dat twee dorpskernen soms zo dicht bij elkaar liggen maar toch aparte parochies vormden, is historisch vaak te verklaren door de verschillende machtsgebieden waartoe ze behoorden. Veltem was in de vroege middeleeuwen deel van het bisdom Luik, terwijl Beisem tot het eveneens machtige bisdom Kamerijk (Cambrai) behoorde. Met het einde van het Ancien Régime (Franse Revolutie) werden Beisem en Veltem nog wel een tijd aparte gemeenten maar sinds het Hollandse Bewind werden de inmiddels versmolten dorpen één gemeente. Tot 1977, toen ze onder Herent kwamen.
> Het classicistische Sint-Michielskerkje (18de eeuw) van Beisem vormt met de geherkasseide hoofdstraat best een fraai dorpszicht.
> Vanaf 2001 startten herinrichtingswerken, onder de dynamische leiding van Natuurpuntmedewerker Ewout l'Amiral. Verscheidene hectaren populieraanplant verdwijnen ten voordele van hooiweiden, er komen een vogelkijkmuur en knuppelpaden op de natste paden, wandeltrajecten en vooral een systematisch en doorgedreven maaibeheer. De resultaten die de voorbije jaren werden geboekt ogen spectaculair.
> Rond 2000 bestond het orchideeënbestand er amper uit enkele tientallen bosorchissen. Vandaag zijn er tot 9 soorten wilde orchideeën te ontdekken, waaronder duizenden bosorchissen begin juni. Andere merkwaardige planten in het Silsombos zijn eenbes, knolsteenbreek en herfsttijloos. De modder, vele muggen en soms ook dazen moet je er maar bij nemen, dit is Vlaams-Brabant op zijn wildst!
Torfbroek
> Het natuurreservaat Torfbroek is een juweeltje, een van de meest bijzondere natuurreservaten in België! Vermoedelijk verwijst de naam Torfbroek naar een moerassig gebied waar turf werd gewonnen. Eigenlijk bestaat natuurreservaat Torfbroek uit twee delen, over GR Dijleland lopen we door het grotere deel maar het is beslist de moeite om ook het kleinere deel te exploreren, Ter Bronnen, waar de GR wel langs maar niet door loopt. Die opdeling kwam er wellicht rond het jaar 1600, toen een kanaaltje door het Torfbroek werd gegraven.
> Torfbroek ziet er uit als een relict van een oud ongeschonden moeraslandschap. Niets is echter minder waar. Dit gebied heeft in de loop der eeuwen grondige veranderingen en menselijke ingrepen ondergaan. In de middeleeuwen, vanaf de 13de eeuw, mocht het door de omwonenden vrij worden benut als graasland, voor het verzamelen van hakhout en riet, turfsteken en voor visvangst. Later werden de vijvers economisch ontwikkeld voor ondermeer het roten van vlas. In de 19de eeuw werden grote delen bos gekapt met het oog op drooglegging. De vijvers verlandden dan weer tijdens de volgende decennia. Nog in de 19de eeuw trekt Torfbroek de eerste botanici aan, ongetwijfeld waren die gefascineerd door de uitzonderlijke flora hier.
> Eind 19de eeuw heeft Torfbroek echter geen economisch belang meer. In 1896 wil de gemeente Schaarbeek een deel van het Torbroek inpalmen om er een stort van te maken. Opmerkelijk dat het toen al 'groene jongens' waren (lees: botanici) die de verkwanseling van het natuurgebied konden voorkomen. Ook tijdens WO I leed het gebied grote schade door de massale kap van bomen op last van de Duitse bezetter. Na WO I worden allerlei grootste plannen voor het Torfbroek ontplooid: Van verkaveling tot golfterreinen, een 'plage' met plezierbootjes enz... Die waanzinnige ideeën zullen grotendeels worden begraven door de economische crisis tijdens de jaren '30. Tegelijk gaan in die tijd ook de eerste stemmen op tot klassering van Torfbroek als natuurgebied. De voorbereidende drainagewerken met het oog op verkavelingen en het graven van grote recreatievijvers hebben dan echter al grote schade aangericht aan de natuurwaarde van Torfbroek.
> Tijdens WO II gebruikten zowel Belgische, Duitse als geallieerde troepen het gebied. De grootste schade vond misschien nog na WO II plaats, toen het natuurgebied Torfbroek werd teruggedrongen tot de huidige grootte en verkaveling met villa's sterk oprukte, waardoor een deel van de natuur definitief verdween. Bedreiging door meer verkaveling bleef duren tot in de jaren '70 van vorige eeuw. De gemeente Kampenhout, die inmiddels weer eigenaar is van het grootste deel van wat nog overbleef van het Torfbroek, sloot in 1977 een contract af met de Belgische Natuur- en vogelreservaten, een voorloper van Natuurpunt.
> Inmiddels heeft Torfbroek een stevig beschermend status: Dit is zowel erkend natuurreservaat, beschermd landschap als habitat. Het beheer bestaat er vooral in om opschietend groen, vooral riet, door manuele maaibeurten onder controle te houden om zo de biodiversiteit aan planten maximale kansen te geven. Dat wordt inmiddels al tientallen jaren gedaan en het resultaat oogt vandaag bijzonder fraai.
Silsombos
> De versnipperde hooilanden en natte bospercelen die vandaag het natuurreservaat Silsombos vormen, liggen voor een kleiner deel op het grondgebied van de gemeente Kampenhout (Nederokkerzeel) en voor een groter deel op dat van Kortenberg (Erps-Kwerps). De meeste percelen zijn eigendom of onder beheer van Natuurpunt of Natuur & Bos. Ondanks het heterogeen karakter van zowel eigendom als landschapstypen is men er in het Silsombos in geslaagd om prachtige dingen te verwezenlijken. Vanuit Natuurpunt is hier dan ook een zeer enthousiaste ploeg aan het werk sinds 2000. Ze is erin geslaagd om een flink deel van de lokale bevolking warm te maken voor haar projecten rond het beheer van Silsombos. De mooie resultaten die hier ook op vlak van natuurbeheer zijn geboekt, versterken dat enthousiasme nog en vormen een bevestiging van doorgedreven en doordacht beheer door vrijwilligers en andere betrokkenen.
> Silsombos is vandaag een relatief wild gebied, dat redelijk authentiek is gebleven over de eeuwen heen. Aan de percelen hooiland te merken, kun je afleiden dat de bewoners van de streek de voorbije eeuwen geprobeerd hebben om ook deze laaggelegen gronden voor landbouw en bebouwing geschikt te maken. Ook hier is het op vele plaatsen opwellend kwelwater er voor verantwoordelijk dat dit natuurgebied vandaag nog bestaat. Veel van de gronden waren algemeen bekeken veel te nat om ze voor lucratieve landbouw geschikt te maken. De natte landen werden dan maar hoofdzakelijk benut voor hakhout en begrazing. Tijdens de tweede helft van de 20ste eeuw vervalt die functie omwille van veranderende leefomstandigheden. Eigenaars van percelen beplantten nogal wat bosdelen dan maar met snelgroeiende populieren voor houtverkoop. Dat brengt soortenverarming met zich mee, vooral monotone ruigtekruiden zoals brandnetels profiteren immers mee van dit soort bebossing.
> In de nasleep van de erkenning van het nabijgelegen Torfbroek, zetten dezelfde beheerders rond 1994 ook de eerste stappen om het Silsombos in bescherming te nemen. Ook hier kan het aanwezige kalkhoudende kwelwater immers voor een bijzondere natuuromgeving zorgen. De eerste percelen in het Silsombos worden aangekocht rond 1994 door de voorloper van Natuurpunt, vzw Natuurreservaten. Dankzij aktieve medewerking van de toenmalige Kampenhoutse schepen voor milieu, komen de zaken in een stroomversnelling. De volgende jaren worden meer percelen aangekocht wordt Silsombos ingepast en het bredere beheersgebeidproject De Groene Vallei.
De Zwarte Madam

> Heel wat verschillende en variante legendeverhalen omringen het Mariabeeld - De Zwarte Madam - dat op een hoge stenen sokkel staat, in een waas. Dat heeft wellicht alles te maken met de afgelegen, wat moeilijk bereikbare plek hier. Het heeft wat onheilspellends in zich op donkere dagen, bij schemer, nevel of mist.

> Het verhaal gaat dat hier in de omgeving rond middernacht vreemde stemmen fluisteren. Mensen werden zo naar de Molenbeek gelokt en getrokken, waarin ze dan verdronken. De familie Witman, eigenaars van het nabijgelegen kasteeldomein Ter Balk, lieten daarom een Mariabeeld plaatsen, om de boze geesten te bezweren. Het beeld kreeg in de volksmond de naam van Zwarte Madonna of Zwarte Madam. De Lorelei van 't Silsombos!

> Een variant verhaal gaat over een vrouw die verliefd werd op een soldaat. Die wees echter haar avances af en uit liefdesverdriet stortte ze zich in de Molenbeek en verdronk. Sindsdien waart haar geest hier rond en lokt die argeloze passanten de beek in.

> Andere bronnen geven een meer zakelijke verklaring voor de aanwezigheid van dit beeld op deze afgelegen plek. De omgeving rond het oorspronkelijk ijzeren bruggetje was gewoon een populaire pleisterplaats voor mensen uit de regio. Een Mariabeeld zegende de plek.
> Een ander verhaal gaat over de zoon van kasteelheer Witman. Zijn tante was er op gebrand dat de zoon voor een priesterroeping zou gaan, in ruil voor haar heel fortuin na haar dood. Dat was echter niet de toekomst die vader Witman zelf voor zijn enig geboren zoon voor ogen had. Hij liet daarom een Mariabeeld plaatsen, gericht naar Leuven en naar het klooster waarin zijn zoon zich voorbereidde op het priesterschap. Vader Witman's wens ging in vervulling en zoonlief keerde het klooster de rug toe. De erfenis zag hij echter aan zijn neus voorbijgaan.
> Het natuurbeheer bestaat er vandaag uit om die populieren niet meer te vervangen door nieuwe en terug te keren naar de situatie van voor WO II, toen hier tussen de bospercelen in ook natte hooilanden lagen met gevarieerde plantengroei. De bosorchis is inmiddels terug gekeerd en de vrijwilligers van Natuurpunt hopen natuurlijk dat ook andere orchideeënsoorten en andere kalkminnende flora zullen weerkeren, ook hier kan immers opwellend kalkhoudend kwel een bijzonder habitat bieden. Zoals je zelf kan zien is de Molenbeekvallei een brok natuur die volop maar heel geleidelijk in herstel is. Er zijn ook knuppelpaden aangelegd om van al dat moois te genieten.
Wat maakt Torbroek zo bijzonder?

> De mooie omgeving van rietvijvers gevuld met water van uitstekende kwaliteit en overgaand in kalkmoeras is vrij uniek in België. Opborrelend kwelwater en bronnen voeren die kalk en ook ijzer aan uit de grondlagen. De kalkhoudende bodem trekt een aantal aparte plantensoorten aan die elders zeldzaam tot zeer zeldzaam zijn. Dit is topnatuur in Vlaanderen. Heel wat vogelsoorten nesten of verblijven er als stand- of trekvogel.
> Maar het zijn dus vooral de planten die de show stelen. Eind mei, begin juni bloeien er verschillende orchideeënsoorten, waaronder grote muggenorchis, grote keverorchis, moeraswespenorchis en de talrijk aanwezige bosorchis of gevlekte orchis. Daarnaast vind je hier ook galigaan, knopbies, gewone vleugeltjesbloem, teer guichelheil, weegbreefonteinkruid, wolfskers, klein blaasjeskruid, kattendoorn en bevertjes. Allemaal planten waarbij het hart van botanici toch wat sneller gaat kloppen. Kom je hier eind augustus / begin september, dan zal je zeker blauwe knoop aantreffen en mits wat speuren ook het bijzonder mooie bloempje van parnassia. Het moerassig gebied lokt ook veel verschillende libellen- en waterjuffersoorten.
> Tijdens het broedseizoen (half maart - 1 augustus) wordt een groot deel van het natuurreservaat afgesloten ten voordele van broedende vogels. Het pad dat GR Dijleland volgt door het Torfbroek is wel het hele jaar door toegankelijk. Heb je interesse voor deze bijzondere natuur, wandel dan ook zeker door Ter Bronnen, dat is een afgescheiden kleiner deel van Torfbroek, waar de GR niet doorloopt maar wel kortbij komt. Hoewel Ter Bronnen kleiner is, zijn er nog meer verschillende zeldzame plantensoorten aanwezig.
Molenbeekvallei
> Het landschapsverhaal van het natuurgebied Molenbeekvallei te Veltem-Beisem (Herent) is nogal gelijkaardig met dat van Silsombos waar we straks wandelen. Ook deze natte gronden werden immers eeuwenlang aangewend voor begrazing, hooiland en houtsprokkel. Tot die aanwending overbodig werd in de periode na WO II omwille van veranderende leefomstandigheden. Ook hier kwam aanplant van snelgroeiende en snel kapklare canadapopulieren in de plaats. Dit bracht natuurlijk soortenverarming mee. Orchideeën verdwijnen helemaal als zo'n gebied tientallen jaren door populieren wordt ingenomen.
> De Molenbeek is een van de grote beken tussen Leuven en Mechelen die de Dijle versterken. We komen tijdens de volgende etappe in de buurt van de plaats waar de Molenbeek in de Dijle mondt bij Hever.
Erps-Kwerps
> Een wel erg rare, zelfs wat grappig klinkende dorpsnaam. Wellicht ontstond Erps het eerst, de naam heeft een Keltische oorsprong, het moet dus een oeroude nederzetting zijn. In die entiteit ontwikkelde zich - mogelijk in de 11de eeuw - een heerlijkheid, een van Erps onafhankelijk hofkasteel, Quadrebbe. Ook die heerlijkheid evolueerde naar een zelfstandige parochie met een eigen kerk, hoewel Quadrebbe bijna helemaal was omringd door het grondgebied van Erps. De naam evolueerde in de 18de eeuw tot Kwerb en wat later tot Kwerbs. Sinds 1930 wordt de officiële benaming Erps-Kwerps gebruikt voor de verstrengelde dorpen. Sinds de gemeentefusies van 1977 valt Erps-Kwerps onder de gemeente Kortenberg.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

GR Dijleland (131 km)