©
Luc Selleslagh 2014 - 2024 Trekkings.be
> Vanuit laag gelegen Spa stijgen we geleidelijk naar een plateaus van halfopen landschap. We zoeken het brondgebied op van de Ninglinspo, een van de sterkst dalende beekjes in België. GR 15 zal de grillige en watervallende loop bijna helemaal volgen over een wild en spectaculair pad. We arriveren uiteindelijk in de vallei van Amblève en wandelen richting Remouchamps en zijn beroemde gronden. Over een hoog pad boven de Amblèvevallei bereiken we tenslotte het levendige stadje Aywaille.
> We vertrekken uit Spa in het spoor van de beroemde GR 5 (Noordzee - Middellandse Zee) en zullen deze Grande Randonnée bijna 7 km volgen, waarna GR 15 weer zijn eigen traject inslaat. Dus even opletten dus bij de toeristische dienst van Spa om de juiste GR-tekens te volgen. Het loont overigens de moeite om even onder de overdekte promenade te lopen met zijn mooie art nouveau ijzersmeedwerk.
> We steken bij de VVV de hoofdstraat door Spa over, de Avenue Reine Astrid (N62) en lopen rechtdoor met de Place du Monument aan onze linkerkant. Bij de Place Verte rechts de Rue Albin Body in. We volgen deze een hele tijd, ook als ze over de spoorweg de Avenue Clémentine wordt. Verderop maakt deze straat een bocht naar links (rustbank) en wordt ze de Avenue Henrijean. 350 meter verder nemen we een eenrichtingstraat links die na een paar bochten uitkomt op de Rue de Barisart. Rechts en 50 meter verder weer rechts. Op die plek nemen we een graswegje naast een huis met pseudovakwerkgevel.
Charmille van Haut-Marais (Haagbeukgang)
> Met een lengte van 573 meter is deze charmille of 'bomentunnel' de langste van
België, waarschijnlijk zelfs van Europa. Ze werd gecreëerd in 1885
en bestaat uit zowat 4500 bomen waarvan meer dan de helft nog de originele zijn.
Oude knarren van meer dan 100 jaar oud dus! Oorspronkelijk was de dreef zelfs 1 km lang! Sinds 1979 is deze charmille een geklasseerd monument en in 1992 werd ze gerestaureerd. Toen was de provincie Luik eigenaar geworden van het domein. De tunneldreef is een initiatief van de toenmalige eigenaar van het nabijgelegen kasteel van Haut-Marais, Michel Nys uit Sint-Eloois-Winkel. Hij kwam in dat optrekje rentenieren na een industriële carrière. De haagbeukgang bakende het domein af. De bomendreef is gratis toegankelijk. Vlakbij is een groene picknickplaats. In de
buurt staat ook een oud boskruis uit 1819, voor een riddersvrouw.
> Binnenin overwinteren ook verscheidene soorten vleermuizen, maar liefst 12 verschillende soorten
zijn er waargenomen. In het water van de Rubicon leven een soort blinde garnaaltjes.
> Een bezoek aan de grotten van Remouchamps bestaat uit een wandeling langs galerijen, zalen en druipsteenformaties. Daarna vaar je over 700 meter de Rubicon af met als hoogtepunt op het einde een enorme kalkzuil die feeëriek is verlicht en ‘de palmboom' heet. De grotten zijn dagelijks te bezoeken met een gids, foto’s nemen is verboden, voorzie anderhalf uur. Vergeet bij een zomers bezoek warme kledij niet, de temperatuur is er zo’n 12°
tijdens de zomer en 8 à 10° ‘s winters. Die lichte schommeling wordt veroorzaakt door de watertemperatuur van de Rubicon, die het hoogst is na zomerse stortbuien.
> We wandelen nu over een plateau langs een boerderij en een paar wegkruisen. De veldweg wordt verhard en gaat stevig dalen. op de N697 rechts, onder het snelwegviaduct tot in het centrum van Remouchamps. Onderweg komt ook GRP 575 er bij zodat we met 3 GR's tegelijk in Remouchamps aankomen.
> Dit is het begin van de Promenade Dewalque, genoemd naar een Waalse professor-geoloog die onderzoek deed naar het gashoudende water van Spa eind 19de eeuw. We raken stilaan het Spa uit van de villa's en buitenverblijven uit de Belle Epoque en het interbellum ! We stijgen steviger door in het bos, komen toch weer op asfalt langs nog wat huizen en houden links aan om af te dalen in de vallei van de Ruisseau du Vieux Spa. De beek oversteken en we volgen ze nu een hele tijd bergop door het Bois de Mambaye, steeds met de beek aan onze rechterzijde.
> Er lopen nog wandelaars hier, plukkers van paddenstoelen. We komen op een hoogte van bijna 400 meter het bos uit en draaien nog voor een verkeersweg rechts een pad op. Weidse zichten hier over het plateau en naar het dorpje Creppe toe. Voorbij een hangar kruisen we een weg die uit Creppe komt (wegkruis). Kruising verderop met nog 2 wegen en we gaan voorbij die laatste rechts op een kiezelweg die naar een asfalweg toeloopt, op 150 meter van het dorpje Creppe.
> Links op die asfaltweg, die we nu helaas over 1,4 km gaan volgen, richting Winamplanche. Gelukkig ziet deze weg niet veel verkeer. Hij loopt een tijd door bos en gaat dan dalen waarbij we vergezichten krijgen over Winamplanche. Waar hij een korte bocht van 90° naar rechts maakt, verlaten we hem. Scherp links nemen we daar een wegje en gaan voor een hek rechts dalen in de Vallée de Tolifâ. Op een T rechts en dadelijk links om via een brugje de beek oversteken. Op de verkeersweg even rechts en dadelijk links. We zijn op dit punt vlak bij het centrum van Winamplanche en verlaten hier het gezamelijk traject van 7 km met GR 5.
Porallée
> Deze brede, ruwe weg op de waterscheidingslijn tussen Vesder en Amblève ziet die er wat uit als een brandgang. Hij bakende hier in de middeleeuwen ook een scheiding af tussen de grote machtsblokken van het Hertogdom Limburg, het Graafschap Luxemburg en het Prinsbisdom Luik. De weg en de brede zone er omheen vormen een interessant studie-ondewerp voor historici. Er zijn ook legendes mee verweven, de Porallée is misschien nog veel ouder dan wordt gedacht.
Meer info over de Porallée in het verslag over GRP 571.
> Onderzoek en toegankelijk maken van de grotten is voor een groot deel het werk van geoloog Edmont Rahir, die Remouchamps ook op de toeristische kaart zette met zijn gidsen waarin ook suggesties voor wandelingen waren opgenomen. Tegenwoordig zijn er zowat 2 kilometer aan galerijen op 2 verdiepen opengesteld. Opmerkelijkste zaal is de 40 meter hoge kathedraalzaal met grillige
stollingen. Deel van het spektakel tijdens een bezoek is de terugtocht per bootje over de volledig onderaardse rivier Rubicon.
> Bijzonder merkwaardig is dat het riviertje Rubicon wordt gevoed door water dat in een wijde omgeving
rond Remouchamps in allerlei – door kalkoplossing ontstane – verdwijngaten is terechtgekomen. We zijn hier eigenlijk niet meer zuiver in de Ardennen maar in een uithoek van de Condroz, die wordt doorsneden door de 'kalkband' van de Calestienne.
> 100 jaar geleden werd er duidelijk met minder respect voor de natuurlijke kunstwerken in de grot omgesprongen, met nogal wat afgebroken stalactieten en stalagmieten als gevolg. Verlichting gebeurde met fakkels, zwarte roetafzetting op de druipsteenformaties vormt daar ook nu nog een onuitwisbaar spoor van.
> We verlaten de verkeersweg naar La Reid alweer na 50 meter. De volgende 4 km lopen we over een combinatie van veldwegen en paden die ons een stuk hoger brengen. De tijd van de bramen is volop aangebroken,
de struiken langs het pad hangen beladen met plukrijpe vruchten. Ter hoogte van het gehucht Banoyard komen we voorbij een houtzagerij. Achteromkijkend richting Spa hebben we een vergezicht over de beboste kammen. Kruising met de weg tussen Desnié en La Reid. Een aangenaam pad met onderweg een korte rechts-links brengt ons een tijd lager op een splitsing waar we kort de asfaltweg naar Vert Buisson nemen. Een kruispunt met een kruis. Niet langs GR 15 maar de moeite waard om te zien: een oude 'charmille'. Ga om ze te vinden bij het kruis te Vert Buisson rechts en neem na 50 meter de linkse weg. Volg deze 500 meter.
Ravijn van de Ninglinspo
> Het verval van de Ninglinspo bedraagt gemiddeld 7,3 %, per kilometer daalt de beek dus 73 meter, met een uitschieter van 11 %. Van 400 meter hoogte gaan we naar 150 meter. De paden van dit spectaculaire beekje zijn rond 1916 gemaakt door de Liga van Vrienden van de Amblève, onder de bezielde leiding van geoloog Edmond Rahir. Naast het openstellen van unieke plekken als de Ninglinspo-vallei of de grotten van Remouchamps porde Rahir de overheden ook aan tot bescherming van deze waardevolle gebieden. De meest opvallende watervallen, passages en poelen van de Ninglinspo kregen in die tijd ook hun fantasierijke namen, zoals 'Le bain de Diane" ('het bad van Diane'), "La Chaudière" ('de stoomketel') of "Le bain du Cerf" ('het hertenbad').
>
Terug naar het kruis te Vert-Buisson. We zijn nu 60 km ver over GR 15 sinds de start te Monschau. Komende uit Spa gaan we bij het kruis rechtdoor verder over GR 15. Een rustig begin van een pad dat bekend staat als één van de spectaculairste wandelpaden in België, dat van het beekje Ninglinspo. We kruisen na 100 meter een hoogspanningslijn en 500 meter verder slaan we rechts af. Na 150 komen we op een Y-splitsing. We nemen de linkse tak maar kijk even naar de rechte rechtse tak, die is onderdeel van de mysterieuze Porallée.
> Over de linkertak van de splitsing bereiken we door bos na zowat 500 meter het hoofd van de Ninglinspo-ravijn. Vanaf nu gaan we een stuk steiler daler. Wie niet het avontuurlijke pad wil nemen door de ravijn kan 50 meter naar rechts uitwijken waar een brede piste, rechts boven de ravijn de afdaling vergemakkelijkt.
> Het snel watervallende beekje, dat op zijn spectaculairst is na een stevige regenbui, is schitterend. Het wandelpad door de ravijn slingert haast nog harder dan de beek zelf, enkele malen steek je de beek over via halve boomstammen of brugjes. Bij nat weer kunnen deze glibberig zijn. 's Zomers kan het waterpeil zo laag zijn dat je voor de oversteken van de Ninglinspo veel van de brugjes niet nodig hebt. Waterpoelen en kleine watervalletjes in het ingesneden en beboste valleitje wisselen elkaar af. Helemaal alleen loop je hier zelden, de tocht door de Ninglinspo is populair bij dagjestoeristen.
> GR 15 loopt meestal langs de rand van de vallei maar je kan dus ook in de ravijn wandelen. De beek (en het pad) vlakt uiteindelijk uit en mondt in de Amblève te Sedoz.
> Bij de monding van de Ninglinspo ligt een bij wandelaars populair café. In de buurt kan je er ook nog de
Fonds de Quarreux bekijken: een serie dikke rotsblokken in de Amblève, waaraan een legende is verbonden (zie
verslag GRP 571). We gaan bij het café rechts, tesamen met GRP 571 en dadelijk weer rechts een steenslagweg door bos in, die parallel loopt met de valleiweg maar stevig stijgend er langzaam van weg loopt. Aan de rand van het bos gaan we op het kruispunt rechtdoor en ter hoogte van een hoogspanningslijn scherp links.
> Tesamen met GRP 571 en GRP 575 gaan we bij de grotten links en voor de Amblèvebrug bij het supporterscafé voor wielrenner Philippe Gilbert (is uit Remouchamps afkomstig) rechts langs de Amblève. Bij de brug van Sougné takt GRP 575 naar links af, terwijl wij over GR 15 en GRP 571 de Amblève nog blijven volgen door het met Remouchamps versmolten dorp Sougné.
> We draaien achter de kerk van Sougné weg en na enkele snelle padwissels, lopen we onder de brede aanloopweg van de E25. In enkele bochten stijgen we nu snel naar een cornichepad boven de vallei van de Amblève. Wat verder nemen we rechts een ruw stijgend pad dat ons langs de 'belvédère Walter Fostier' brengt en langs een oude positie voor afweergeschut. In deze omgeving is het genieten van het panorama over de Amblèvevallei tussen Remouchamps en Aywaille.
> We lopen niet veel later vrij vlak verder door een gehucht met de naam Falize. Veel krijg je er niet van te zien maar de steile rotsige zone tussen ons pad en de Amblève is een beschermd natuurgebied, Heid des Gattes.
Grotten van Remouchamps
> Dit is één
van de oudste attrakties van de Ardennen. Tesamen met de waterval van Coo
was dit lange tijd dé trekpleister in de vallei van de Amblève.
In 1820 start de Luikse professor Philippe-Charles Schmerling een eerste
onderzoek. Sinds 1829 komen er toeristen, hoewel er toen maar een 80 meter
aan galerijen te bezoeken waren. Begin 20ste eeuw vindt
er voor het eerst grondig onderzoek plaats en worden de galerijen gedetailleerd
in kaart gebracht. Vanaf 1913 zijn langere delen van de galerijen te bezoeken
en komt er een regelmatige toeristenstroom op gang.
Heid des Gattes
>
Heid des Gattes is Waals voor 'geitenheuvel', het is een beboste scherpe kam, gelegen naast een verlaten steengroeve. Het eigenlijke reservaat krijg je langs GRP 571 niet te zien, het is trouwens door de steilte moeilijk toegankelijk en afgeschermd. Daar is alle reden toe want er groeit ondermeer een vetplantje dat nergens anders in Europa in het wild voorkomt, het heeft dan ook een specifieke naam die refereert naar de plaats: De Amblève-huislook of in het Frans 'Joubarbe d'Aywaille'.
> Voorbij Falize gaan we licht dalen, langs weiden en een strook bos. We draaien rond een landgoed en zetten dan in wijde zigzags een stevigere daling in naar de vallei van de Amblève. Onderweg komen we nog langs een oorlogsmonument.
> Beneden in de vallei wandelen we naar de brug van Aywaille. GRP 571 splitst hier af om naar de burchtruïnes van Aywaille te lopen. Wij gaan wel de brug over en zijn meteen in het centrum van het levendige Aywaille met zijn vele horecazaken en treinstation. Hier eindigen we deze derde etappe van GR 15.
Pad door het Bois de Mambaye
Onderweg naar Creppe
Houtzagerij te Banoyard
Pad door de Ninglinspo-vallei
Uitzicht over de Amblèvevallei vanaf de belvédère 'Walter Fostier'.
Aywaille, Amblève
Ingang grotten Remouchamps
Oude bunker voor afweergeschut
Ninglinspo
Ninglinspo, 'Bain de Diane'
Creppe
573 meter charmille van Haut-Marais