Startpagina > Wandelen > Spoorlijn 163A
Wandelinfo
> Tunnel van Sainte-Cécile (1350 meter): Op 24 juni 2004 werden hekkens geplaatst aan beide uiteinden van de tunnelingangen. Met een politieverordening op bevel van de burgemeester van Florenville werd de tunnel officieel afgesloten. De reden is dat de doorgang voor wandelaars te gevaarlijk is en dat - zogenaamd 'in afwachting van herstel' - daarom de tunnel voor onbepaalde tijd wordt afgesloten. Daarmee had de gemeente Florenville zijn plicht gedaan. In de praktijk kon je er de voorbije jaren nog steeds passeren door met wat acrobatie over de afrastering te klimmen maar dat is dus verboden.
> Probleem is vooral het gevaar voor vallend gewelfgesteente uit het tunnelplafond. De waterinsijpeling, de vochtigheid en de wisselwerking van vorst en dooi tijdens de winter zorgen met name bij de tunnelportalen voor grote schade. Vooral 's winters is er dus reëel gevaar voor vallende stukken baksteen uit het plafond. De massa stalactieten die worden gevormd bij hard vriesweer, storten onder hun gewicht neer, daarbij stukken plafond meesleurend. Van het 'herstel' waarnaar het politiebevel refereert, is nog lang geen sprake. Er zijn geen concrete plannen om dat verval te stoppen of te stabiliseren, laat staan dat er een budget is voor herstel en veilige toegankelijkheid.
> Kun je door de tunnel van Sainte-Cécile? Er hebben in 20 jaar tijd al verscheidene soorten afrasteringen gestaan: nadars, tuinafsluiting met pinnendraad erboven en de voorbije jaren zijn er bouwstaalmatten verticaal opgericht en verankerd. Sommigen gaan er over met wat voorzichtig klauterwerk maar officieel mag het dus niet. Bereid je qua tijd en route eventueel voor op een lange omweg om deze passage te vermijden.
> Deze lijn bedient vanuit Bertrix achtereenvolgens Orgeo, Gribomont, Saint-Médard, de leisteengroeve (Halte Les ardoisières), de museumgroeve (Halte Les ardoisières-musée), Linglé, Herbeumont-centrum, Conques-hotel (Halte Conques-prieuré), Sainte-Cécile, Pérensart, Muno-centrum en Lambermont. 5 ritten heen en terug per dag. Eén van die ritten rijdt niet verder dan Herbeumont. Deze bus rijdt zowel in de school- als vakantieperiode, maar rijdt niet tijdens het weekend! Tussen Herbeumont en Saint-Médard zijn weinig haltes, afstappen aan de verkeerde halte kan een paar km wandelen extra betekenen. Check de actuele vertrekuren en route van deze bus op de site van TEC.
> Tussen Muno, de Franse grens en naar Carignan (10 km) is geen openbaar vervoer. Terugwandelen is de enige optie. Probeer anders te liften al terug wandelend noordelijk en pik de bus op in Lambermont of Muno. Er is weinig grensoverstekend verkeer tussen Messempré en Muno, maar dit verhoogt mogelijk net je kansen op een lift.
> Pieter Geens pakte zijn verkenningen zo aan: "Omdat er geen bussen rijden in het weekend (en er geen andere verbindingen zijn vanuit Frankrijk), is het een idee om fietsen mee te nemen in/op de auto, de auto te parkeren, bv. aan het laatste huis van België (cabaret l'Ermitage, zie etappe 8). Vanaf daar een fietstocht van +- 25 kilometer naar het begin van de railtracking: de spoorbrug van de Rue Haute in Orgeo (fietsen via oude stationsplein Muno, Rue des Vieilles Voies, Rue de Cugnon, Brugje 163a onder (Rue de la Gare) en iets later links Forêt de Muno in (stevig bergop door het bos!), links naar A la maison Blanche, recht naar Rue des Routis (bergaf!) Mortehan, Bois de Detoi (bergop!), langs Institut La Clairière de Rue des Ardoisières recht oversteken naar Rue de la Vierre, zo naar de spoorwegbrug in Orgeo). " Wil je deze suggestie van Pieter op één dag doen, dan moet je al een stevige conditie hebben en zeer vroeg vertrekken. Bovendien is er weinig tijdruimte voor afwijkingen van de route of onverwacht oponthoud.
Hoe er geraken?
> Er zijn enkele campings die bij of binnen redelijke afstand van de spoorlijn 163a liggen.
* Km 00,0: Luxecamping 'Bertrix' ligt op 2 km van de spoorlijn.
* Km 9,5: Verschillende campings in Cugnon en Mortehan, op 2 km van de spoorlijn.
* Km 12,4: Camping 'La Garenne', op 200 meter van Pont de la Garenne. Evy: "Deze ligt ook zeer mooi naast de trail, veel minder lawaai dan op Arnocamps en de helft goedkoper. Deze camping blijkt ook veel properder te zijn."
* Km 13,7: Camping 'Champ Le Monde' (Arnocamps), op 150 meter, vlak voor het viaduct over de Semois. Kan druk zijn en nogal rommelig, gemengde reacties. De setting onder het viaduct is echter ongeëvenaard. Vanaf 17 €.
* Km 18,7: Camping 'de la Semois', Sainte-Cécile op 1,5 km van de spoorlijn. Trekkerstarief voor 1 nacht.
* Geen officiële campings bij de spoorlijn voor de verdere 17 km.
> In Gilbert's List vind je nog een paar goedkope adresjes voor eenvoudige overnachting (max 23 € pp), deze zijn mogelijk niet opgenomen in lijsten van toeristische diensten. Ze zijn gelegen in Gribomont, Saint-Médard en Sainte-Cécile.
> De gesloten spoorlijnen 163A en 19/3 sloten noordelijk te Bertrix en zuidelijk te Carignan aan op belangrijke spoorlijnen.
> Bertrix is te bereiken per trein via de stations van Libramont of Namen.
> Zuidelijk sloot lijn 19/3 aan te Carignan op de spoorlijn door de vallei van de Chiers: Charleville-Mézières - Longuyon. Het is mogelijk om vanuit Brussel Carignan via deze lijn per trein te bereiken, maar het is een dure, tijdsintensieve en ingewikkelde route. Te vermijden.
> Om vanuit Bertrix het eigenlijke startpunt van de oude spoorlijn, Y Orgeo, te bereiken doe je te voet 4 km) of per bus, zie eerste etappe of het railbook.
> Op Belgisch grondgebied werd passagiersvervoer op spoorlijn 163A rond 1959 vervangen door een busdienst met hetzelfde filmnummer 163a. Ondertussen bestaat buslijn 163a al langer dan er passagierstreinen reden op spoorlijn 163A. De busroute volgt grotendeels de loop van de oude spoorlijn.
Kamperen bij het spoorviaduct over de Semois
Bovenop de Pont de la Blanche
Heringericht viaductdek over de Semois te Conques / Herbeumont sinds 2022.
Openbaar vervoer langs de oude spoorlijn
Tunnel Conques - Sainte-Cécile (1350 meter), ooit de langste van België
Tunnel Linglé - 250 meter
Tunnel van Saint-Médard
Tunnel Sainte-Cécile (ingezonden foto)
Station Bertrix 'by night'
Overnachten
Kaart met het traject en de haltes van TEC-lijn 163a (in olijfkleur).
De rode stippellijn is het traject van de oude spoorlijn 163a,
Toegang tot de viaducten
Toegankelijkheid van de spoorbedding
> De 3 viaducten (Pont de la Blanche, Semois-viaduct Conques, Le Grand Pont van Muno) zijn allen toegankelijk en vormen geen hindernis tijdens je doortocht. Op het Semois-viaduct van Conques / Herbeumont wandelde je sinds 2003 door een muur van afrastering: metalen (en weinig esthetische) hekkens werden er geplaatst omdat de afbrokkelende borstwering werd afgebroken. Sinds 2021 is het voormalige spoordek daar heringericht als fietspad met nieuwe zijdelingse beveiliging.
8 railtrackingideeën langs spoorlijn 163A
Van Bertrix tot Carignan in 2 dagen (35,5 km)
> Thema van deze wandeling is zo kort mogelijk bij of op spoorlijn 163A lopen en de lijn volgen van begin- tot eindpunt, dus van Bertrix via Muno tot Carignan. Zowel de eerste 3 km als de laatste 6 zijn weinig interessant: Vrij vlak wandelen en toch ook veel over asfalt, temeer daar sinds 2021 ook het Franse deel een verhard maar wel verkeersvrij fietspad is geworden, zonder treinsporen. Dit is dan ook een wandeltocht voor railbuffs die de historische spoorlijn van begin tot einde willen volgen. Van Orgeo tot Sainte-Cécile is dit echter een biezondere wandeling, tussen deze dorpen liggen 3 tunnels en 2 viaducten en de drie tunnels zijn moeilijk of officieel niet toegankelijk. 't Is dus ook echt iets voor sportieve avonturiers. We lossen de spoorlijn niet. Scharnierpunt halfweg is Herbeumont, waar je kunt kamperen onder het fantastische viaduct van Conques of op de rustigere camping La Garenne. Dit is de tocht zoals ze beschreven is op de volgende 8 pagina's en waarvoor ook het korte en printvriendelijke railbook voorhanden is. 'Ontsporen' voor een bezoek in de omgeving betekent meteen kilometers extra bovenop de 35,5 km.
Railtracken rond Bertrix kan best fun zijn! (oude postkaart)
Langeafstandspaden in de buurt.
GR 16 - Sentier de la Semois / TransSemoisienne, onderdeel van E3: Gemarkeerd als een Grande Randonnée met witrode strepen (Arlon - Monthermé). De route in de omgeving van Sainte-Cécile en Herbeumont behoort tot het het allermooiste van GR 16, het werd voor het eerst gecreëerd als een pad van Touring Club in 1922 onder de naam Sentier de la Semois, nr 4.
GRP 161 - Tour du Pays de Bouillon, een Streekpad van 186 km sinds 2022, dat - zoals de naam het zegt - een groot circuit rond Bouillon maakt. In de omgeving van Sainte-Cécile en Herbeumont loopt GRP 161 in het spoor van GR 16 maar is met geelrode streepjes bewegwijzerd. Loopt via het viaduct van Conques ook in de buurt van het centrum van Herbeumont.
GR 129 - Dwars door België. Brugge - Aarlen. Vanaf zomer 2011 werd GR 129 door de Ardennen en de Gaume bewegwijzerd. De route maakt even gebruik van spoorlijn 163a in de omgeving van Orgeo-Ardoisières, tussen de Pont de la Blanche en de Barbarakapel bij Pont de Duny om daarna de vallei van de Aise uit te klimmen over een eigen traject naar Herbeumont. Verslag.
Gaumeroute: Circuitwandeling van 140 km door de Gaume en Frans Lotharingen. Een route van GTA, gemarkeerd met gele en witte strepen of klevers. Passeert langs Sainte-Cécile. Deze route is beschreven in een topografische gids. De witgele markering ter hoogte van Linglé is van de fietsvariante van de Gaumeroute.
Kaarten & GPS
> Wil je de wijde omgeving rond spoorlijn 163A verder exploreren, zelf alternatieven uitzoeken voor de moeilijk toegankelijke spoortunnels of zelf een rondwandeling uitdokteren al of niet in combinatie met een plaatselijk gemarkeerde wandeling, dan kun je zeker wandelkaarten van de regio gebruiken. Ze zijn beschikbaar in de toeristische diensten van Herbeumont, Florenville, Bertrix en Muno.
> Sommige van deze lokale kantoren hebben beperkte openingsuren, zeker buiten het toeristisch seizoen. Er zijn ook nog de regionale toeristische kantoren, met langere openingsuren en een uitgebreid aanbod aan wandelkaarten en andere regionale publicaties. Voor Bertrix en Herbeumont is dat het Maison du Tourisme du Pays de Bouillon en Ardenne, te Bouillon. Voor Sainte-Cécile en Muno kun je terecht bij het Maison du Tourisme du Gaume, te Virton.
> Wandelkaarten bieden je ook gegarandeerd vele dage extra wandelplezier voor wie langere tijd in de region verblijft. Behalve deze toeristische publicaties, zijn er ook nog de klassiek NGI-topokaarten. Stafkaarten (NGI serie 1:25.000): Nrs 64 7/8 (Bertrix, Orgeo), 67 3/4 (vallei Aise, Herbeumont, Conques), 67 7/8 (Sainte-Cécile), 67 5/6 (Muno).
Om mee te nemen...
Voor de tunnels...
*De usual stuff voor een wandeltocht of trekking. Goede wandelschoenen, enkele delen kunnen modderig zijn.
* Stafkaarten of wandelkaarten van het gebied (Herbeumont / Florenville). (Zie lager bij 'kaarten')
* Eventueel een print van het railbook op deze site.
* Schema van de busuren van buslijn 163a. Zie site TEC.
* Die-hard railtrackers die overgroeide beddingdelen willen doordringen ipv rond te lopen vinden een wandelstok handig om een pad te banen over opgeschoten netels en andere prikkende gewassen.
* Een zaklamp of hoofdlamp en batterijen voor eventuele passage door de tunnels.
* 's Zomers warmere kledij voor de passage door tunnels en een bezoek aan de leisteenmijn 'Au Coeur de l'Ardoise' (10°).
* Bij exploratie van de tunnel van Sainte-Cécile tijdens harde vriestemperaturen of bij daarop volgende dooi: Een valhelm (gevaar vallend ijs en baksteen / passage op eigen risico).
* Bij exploratie van de tunnel van Saint-Medard: Een paar laarzen of een extra paar (slechte) schoenen, kousen en handdoek om door het natte gedeelte bij het tunneleinde te lopen.
Spoorspeuruitrusting
* Orgeo - N884 Babinay (5 km): variërend van vlot toegankelijk tot moeilijk doordringbaar! Let op moerasachtige modder op de beddingranden. Struikgewas, netels, gevallen bomen en beken bemoeilijken de doorgang op sommige plaatsen. Makkelijker toegankelijke parallelle paden boven de bedding. Tunnel St-Médard mogelijk tot 50 cm water over een afstand van 30 meter ter hoogte van het zuidelijk portaal.
* N884 Babinay - Ingang tunnel Linglé (5,5 km): piece of cake, vlot wandelpad, onverhard of licht verhard. De tunnel van Linglé is langs de kant van Bertrix met een hoge raster afgesloten maar er is doorgang gemaakt. Andere zijde is volledig open.
* Tunnel Linglé - Viaduct Semois - Ingang tunnel Sainte-Cécile (5 km): Makkelijk bewandelbaar. Korter bij de tunnel van Ste-Cécile mogelijk modderig.
* Tunnel Sainte-Cécile (1,35 km): officieel afgesloten.
* Einde tunnel Sainte-Cécile - Sainte-Cécile station (4,5 km): Redelijk toegankelijk, af en toe wat natte stroken, dichte zijbegroeiing of gevallen boom. Korte uitwijking nodig, gedeeltelijk over de weg tot bij Ste-Cécile station.
* Station Sainte-Cécile - Muno - Franse grens (7,6 km): Geasfalteerd (RAVeL).
* Franse grens - Messempré (1,4 km): Verhard fiets- en wandelpad.
* Messempré - Fabrieken Pure (1,5 km): Verhard fiets- en wandelpad.
* Fabrieken Pure - Carignan (5,8 km):Verhard fiets- en wandelpad (sinds 2021).



Gevaar in de spoortunnels



> Tunnel van Saint-Médard (675 meter): Deze tunnel is niet officieel afgesloten, maar ze ligt zo verstopt in het landschap dat weinigen ze weten te vinden. Bovendien is deze diep ingesneden tunnel op natuurlijke wijze moeilijk toegankelijk geworden door gevallen bomen, overgroeiing, modder en water. De tunnelwanden en het plafond zijn in goede staat en er is weinig waterdoorsijpeling door de tunnelwanden. Waarom deze tunnel in veel betere staat is komt vooral omdat er minder baksteen is in verwerkt bij de bouw ervan, maar meer blokken hardsteen. Toch ook opletten hier. In het midden van de bodem loopt een afwateringskanaal. De platen die dat kanaaltje afdekken zijn op vele plaatsen weggerot of doorgeroest, waardoor je onverwacht 30 cm dieper kunt zakken. Vermijd daarom midden in deze tunnel te wandelen, maar zoek de zijkanten op.
> De westelijke kant van de tunnel van St-Médard staat onderwater, ook 's zomers. Het water staat ongeveer 20 à 40 cm hoog. Laarzen zijn daarom mogelijk niet voldoende. Neem een extra paar (afgelopen) schoenen mee. Als je de tunnel uit bent en op drogere grond komt, verander je van schoeisel.
> Tunnel van Linglé (250 meter): Bijna geheel droog. Ze was zelfs officieel opgenomen in het traject van een thematische wandelroute die in 2006 werd geopend. Deze tunnel is van een privé-eigenaar. In 2012 kwam er echter een verbod om er nog langer door te gaan, iedereen negeerde dat. In 2018 werd er echter aan de zijde van Bertrix een hoge stevige afsluiting geplaatst. Een jaar later was er al een makkelijke doorgang gemaakt in deze afrastering van bouwstaalmatten. Aan de zuidzijde, kant Herbeumont, is geen afsluiting. De tunnel zelf is in vrij goede staat. Hou ook hier rekening in je planning met behoorlijk wat extra tijd en afstand indien je deze tunnel wenst te vermijden en een alternatief traject opzoekt.
> Lees ook de updates over de tunnels op een speciale pagina.

Fietsen over spoorlijn 163A
> Niet het hele traject is per fiets te volgen. Met uitzondering van de tunnel van Saint-Médard is het volledige traject - zoals in de routebeschrijving voor wandelaars in principe - te volgen als je op een MTB fietst. Met een trekkingfiets wordt het moeilijk, zoniet onmoglijk, het vraagt wat doorzetting en acrobatie.
> Vanaf Orgeo-Ardoisières kun je over de 'Voie des pierres qui parlent' fietsen. In de tunnel van Linglé heb je verlichting nodig. De passage door de tunnel van Conques is theoretisch te doen met een MTB (gedeeltelijk wandelen(?) en voor / na de tunnel mogelijk een paar gevallen bomen) maar het is niet aangeraden, aangezien je je fiets dan ook over de hoge afsluitingen van de tunnelingangen moet krijgen. Niet aan te raden. Alternatief voor de tunnel van Sainte-Cécile is de verkeersweg of een combinatie van bospaden (met stevige hoogteverschillen). Vanaf Sainte-Cécile is het pad geasfalteerd als RAVeL, all the way naar Muno, Messempré en Carignan.
> In het nog moeilijk te vinden boekje 'Langs oude Ardense spoorwegen' van Gunter Hauspie, is een thematocht in circuit over L163A opgenomen: 55 km, waarvan 22 km over L163A en de internationale verbinding. Het boekje werd gepubliceerd voor de tunnel van Saint-Cécile werd voorzien van hekkens.
Rondje spoor 163A + Grande Randonnée 16 (17 km)
> Opgelet! Deze vijfsterren-wandelsuggestie laat je door de afgesloten en verboden tunnel van Sainte-Cécile passeren. Voorzie voldoende tijd, 17 km is misschien niet overdreven lang maar het gaat op dit terrein ook niet zo snel vooruit.
> Start en aankomst te Sainte-Cécile of vanaf het viaduct van Conques. Vind in het dorpscentrum Sainte-Cécile (Rue Neuve) de witrode GR-padmarkering van Grande Randonnée GR 16 - Sentier de la Semois. Volg deze in twee richtingen bewegwijzerde GR niet zuidelijk richting Chassepierre, maar oostelijk over een onopvallende buurtpaadje en daarna de Rue de Lambrai in. Je stijgt naar een plateau, verderop rechts, zacht dalen over een veldweg en met een zigzag kom je weer bij de Semois.
> Laat je nu over 10 kilometer leiden door GR 16 langs de Semois. Na 4,5 km moet je net voorbij een open plek aan de oever waar je de vermoeide voeten in het Semoiswater kunt verfrissen, even de vallei uit stijgen. Eens op hoogte kom je langs de toekomstige hangbrug over de Semois en verderop langs het uitzichtpunt Le Castelain. Weer afdalen, de Semoisoever nog enkele kilometers verder volgen. Rond half oktober is het hier werkelijk schitterend, als de bossen in vlammende kleuren staan. Hou wel rekening met mogelijk drijfjacht tussen 1 oktober en 31 december (check op voorhand!).
> Op het einde van de wilde Semoiswandeling kom je voorbij een Mariagrot bij een brede verkeersweg in de buurt van de voormalige priorij van Conques (tot voor kort hotel-restaurant). Sinds 2023 volgt GR 16 echter niet langer deze asfaltweg (opgelet als je een GR 16-topogids van voor 2023 gebruikt!). Het huidige GR 16-traject vermijdt deze asfaltweg en volgt een gevarieerd traject dat 2,5 km langer is en je op de bedding van de ex-spoorlijn 163a brengt, kort bij de tunnel van Sainte-Cécile. Hier verlaat je de GR. Links naar en door de 1350 meter lange tunnel van Sainte-Cécile. De tunnel is officieel afgesloten, wandel er door op eigen verantwoordelijkheid, het is officieel verboden. Aan het andere einde stijg je licht over de spoorbedding en bereik je wat later de ingang tot het dorp Sainte-Cécile. Wandel een paar honderd meter naar het dorpscentrum, eindpunt en beginpunt van deze wandeling.
Avontuurlijke dagtocht 'Land van leisteen' (18 km)
> Gert Sonck stippelde een mooi circuit-parcours uit dat de spoorlijn volgt over bijna 6 km, tussen de spoorbrug 'Pont de Duny' tot voorbij de tunnel van St-Médard. De cirkel wordt rond gemaakt met een lange bospassage ten noorden van de vallei van de Aise, waarbij je ondermeer het arboretum van Bertrix passeert en het mysterieuze 'château des fées'. Vertrekpunt is de kerk van Orgeo. Het venijn zit in de staart van de wandeling: Je passeert namelijk door de verborgen en wat verzopen tunnel van St-Medard! Volop avontuur. Doe dit best niet alleen, goede conditie nodig, zie ook de tips bovenaan voor de passage door deze tunnel. De wandeling 'het land van de leisteen' is volledig te downloaden via de site van Gert, 'originele wandelingen in België'. Je kunt overigens op die site ook een wandeling vinden die vanuit Herbeumont een ander stukje spoorlijn 163a verkent.
> Eventuele uitbreidingen onderweg
1° Om het majestueuze viaduct van Conques te bekijken wandel blijf je aanvankelijk nog GR 16 volgen en ga je op de spoorbedding dus naar rechts ipv links (H+T = 3 km). Voor een mooi zicht over de Semois en het viaduct volg je kort voor het viaduct onderweg even de verkeersweg Rue de Conques naar links tot op de autobrug over de Semois (H+T nog eens 1 km extra).
2° Zeer de moeite waard is ook om nog even tot de uitzichtpunten Moulin en Tombeau du Chevalier (Libaipire) te klimmmen (H+T vanaf de Rue de Conques bij het viaduct = 1,5 à 2 uren). Om deze uitzichtunten te bereiken blijf je GR 16 volgen en daal voorbij de twee uitzichtpunten over Tombeau de Chevalier (Libaipire) naar links weer af via lokale paden, niet langer GR 16 volgen boven op de uitzichtpunten.
> Voor het gedeelte over GR 16 zie ook het wandelverslag over deze route. Afstand (zonder 'zij-uitstappen'): GR-Semois 13,5 km / L163A 3,2 km / naar Saint-Cécile 0,3 km. Totaal: 17 km.
1 dag L163A in combinatie met bus (19 km)
> Neem in Muno bus 163a noordelijk en stap af bij halte 'Orgeo-Ardoisières' (rit van 30 min). Check de uren van de schaarse bussen goed op voorhand. Volg vanaf de steengroeve bij Orgeo-Ardoisières het wandelpad 'La Voie des Pierres qui Parlent' tot Herbeumont (indien je niet door de tunnel van Linglé trekt, check je vooraf goed het alternatieve tracé) en vervolg over de spoorbedding via Sainte-Cécile helemaal tot Muno. Inbegrepen zijn twee (officieel gesloten) tunnels, drie viaducten en talloze bruggen. Het laatste stuk is geasfalteerd. Onderweg kun je eventueel combineren met enkele zijbezoeken of je kunt inkorten door te starten met een busrit vanuit Sainte-Cécile ipv in Muno naar halte Orgéo-Ardoisières.
Spoorverkenning met kinderen (7 km)
> Start in Herbeumont bij het voormalige station (nu een grote parking), 700 meter van het dorpsplein van Herbeumont. Op de parking wandel je rechts de spoorbedding op. Volg nu over 6,7 km het wandelpad 'La Voie des Pierres qui Parlent'. Onderweg infopanelen die de oude spoorlijn en de nijverheid van de steengroeven visualiseren. Na 2,2 km een picknicktafel en kort daarna de droge en risicoloze tunnel van Linglé (250 meter). Neem een zaklamp mee.
> Bij het infobord over Pont de La Blanche (op 6,4 km) loop je naar beneden over een paadje naast het viaduct. Wandel naar de gebouwen van 'Au coeur de l'Ardoise'. Bezoek met de kids de ondergrondse leisteenmijn. Je kunt hier ook iets eten of drinken in afwachting dat bus 163a langs de weg voorbij komt. Neem de bus terug terug naar Herbeumont. Controleer de busuren op voorhand, geen bussen op zaterdag en zondag! Check ook de openingsuren van Au coeur de l'Ardoise.
3 of 4 dagen tijd?
> Wandel langs de spoorlijn en bezoek alle bezienswaardigheden die in de buurt van de spoorlijn liggen: Mijnbezoek 'au cour de l'ardoise', kasteelruïne Herbeumont, wandel langs de Semois tussen Herbeumont en Sainte-Cécile, uitzichtpunten 'Tombeau du Chevalier' en 'Moulin', wandeling Roche à l'appel te Muno. Fiets de RAVeL tussen Sainte-Cécile, Muno en Carignan.
Railtracking 163A + Packrafting Vierre en Semois
> De oude spoorlijn vormt een interessante en snelle verbinding tussen de Semois bij Herbeumont en de Vierre. De Vierre mag ook wettelijk bevaren worden tijdens het winterhalfjaar tussen Martilly en Suxy. Vanuit de tunnel van St-Médard is het niet zo lang wandelen naar de Vierre via Gribomont naar Martilly over rustige asfaltwegen en vanuit Suxy valt de Semois snel te bereiken door het Forêt de Chiny.
> De Semois en de tunnel van Ste-Cécile liggen op hun beurt ook maar op een boogscheut van elkaar. Dat alles samen maakt het tot een wel erg gevarieerd rondje en aangezien packraften langzaam meer aanhangers wint, vormt die spoorlijn ook een nuttig deel van een interessant rondje voor avonturiers tijdens een lang weekend. Over deze trip en packraften: Zie de Adventure Log van Joery Truyen.


> OK, tijd om eindelijk eens echt het spoor te tracen, we starten in Bertrix en gaan 8 pagina's en 35,5 km door tot het terminusstation in Carignan.

> Digitaal: spoorlijn 163A op Google Maps (met dank aan Michael.)

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Rail tracking: Spoor 163A (35 km)