©
Luc Selleslagh 2009 - 2024 Trekkings.be
25. Hernepoort, Edingen, Mark & Sint-Pieters-Kapelle
Herne, dominicanessenklooster Maria Mediatrix
Padmarkering van een lokaal wandelpad
Watermolen op de Mark
Onderweg naar Edingen
>De volgende 20 km van Voettocht in Pajottenland leiden ons naar enkele van de meest rustige uithoeken van Vlaanderen en naar dorpen waar je nooit komt, zoals Sint-Pieters-Kapelle en Bever, tenzij je over de VIP wandelt natuurlijk.
> We zijn dus onderweg door de velden van Herne zuidelijk richting Edingen.
We komen kort bij Edingen in een afgelegen woonkern terecht die nog steeds tot Herne behoort.
Links ligt het klooster van de zusters Dominicanessen.
> Verderop houdt de VIP dezelfde richting aan, steeds kort bij de onzichtbare taalgrenslijn, maar langs de Vlaamse kant. De VIP nadert weer de spoorlijn naar Ath bij een voormalig spoorhuis en gaat dan via een brug onder die spoorlijn.
> We zijn nu 110 km ver over Voettocht in Pajottenland. Nu begint een prachtig stukje. Onder de spoorwegbrug wordt het pad even kassei, draait dan naar links over een veldweg, die dalend naar de vallei van de Mark prachtig hol wordt. In het bos bevindt zich een oude steengroeve waarvan de steen werd gebruikt voor talrijke gebouwen uit de omliggende dorpen. Tussen wei en bos daal je tot bij het riviertje, waarin hier een wed is gevormd. Links, aan de Waalse kant van de grens, zie je een vervallen watermolen op de Mark, die hier ook een debietregulerende functie had.
> Dankzij een voetgangersbrugje kan je hier op droge voeten de Mark oversteken. Het huidige brugje kwam er op vraag van de initiatiefnemers van de VIP aan het Hernse gemeentebestuur. De VIP loopt dadelijk links langs de molen/boerderij. We verlaten hier voor enkele honderden meters Vlaanderen en zijn in de Waalse provincie Henegouwen, meerbepaald op het grondgebied van het dorp Marcq (Edingen).
> Op een T naar links over asfalt (we zijn inmiddels weer in Vlaanderen) tot een brede betonweg met nogal wat verkeer. Verderop links om 250 meter over de Markstraat te wandelen en dan rechts de Torreborrestraat in. We lopen hier nog nog enkele honderden meters krak op de grens tussen Wallonië en Vlaanderen maar als we dan rechts de Rasbeekstraat inslaan, om deze over langere afstand te volgen, keren we Wallonië definitief de rug toe.
> Rechtsvoor komt de hooggelegen (+70 m) kerk van Sint-Pieters-Kapelle in zicht.
> Langs de Rasbeekstraat liggen verscheidene oude boerderijen. Typisch aan de gevels van deze bakstenen gebouwen is de inbouw van muurkapellen, vaak in de gevel verwerkt met uitspringende baksteen. De VIP passeert de volgende kilometers enkele mooie exemplaren van zo'n muurkapellen.
> Na iets meer dan 1 km over de Rasbeekstraat gaan we bij zo'n muurkapel links een veldweg op, met de rug naar Sint-Pieters-Kapelle. Door open veld stijgt deze veldweg verderop licht, wordt even graspad, om dan een asfaltweg te bereiken, de Philipscauter. Aan dit kruispunt blijkt dat de veldweg waarover we wandelden gedeeltelijk een privéweg blijkt te zijn.
> Over een asfaltweg, de Zullikstraat, die links is afgezoomd met beuken kom je uiteindelijk op een driesprong. Rechtdoor hier (Ghesule). We verlaten het grondgebied van Sint-Pieters-Kapelle (Herne), het asfaltwegje komt de Vlaamse gemeente Bever binnen.
> Op het asfalt rechts. Aan een T links en voorbij een grote kapel. Bij alweer een volgende kapel rechts. Aan de linkerkant op dit kruispunt zie je een oude vierkantshoeve met in bakstenen bas-reliëf de datum 1834. Op de gevel hangt een opvallend groot kruisbeeld. Maar we draaien dus de rug naar deze hoeve.
> Op deze afgelegen plek wordt je wellicht verwelkomd door een aan de ketting gelegen, wildblaffend hondebeest van de nogal vuile boerderij bij de molen. Tja, het beest ziet hier wellicht een hele dag 'geen kat'. Over een diep hol pad klimmen we weer snel de vallei van de Mark uit. Bovenaan zitten we op een hoogte boven 70 meter.
> Voor je het driekleurige bord 'Henegouwen' bereikt, moet je dus rechts een wijkweg in, de Gainestraat. De lange toren van het Edingse kerkgebouw ligt vlakbij en toch wandelen we hier in Vlaanderen.
>
De VIP steekt hier eerst de spoorweg Geraardsbergen - Brussel over en komt op de weg Ninove - Edingen. Naar links dan, via een overweg de spoorlijn Ath - Brussel kruisen. De plaatsnaamborden zijn nogal verwarrend. Hier staat Edingen vermeld als een deelgemeente van Herne, 50 meter verder blijken we dan in Sint-Pieters-Kapelle te zijn en nog 100 meter verder zijn we op de grens met Wallonië, de provincie Henegouwen. In de gids over de VIP wordt deze plaats vermeld als 'Hernepoort'. Blijkbaar is dit een stukje dat aansluit bij de stad Edingen maar tot de gemeente Herne en dus Vlaanderen behoort.
Sint-Pieters-Kapelle
> Langs Voettocht in Pajottenland wandelen we deze keer niet door het centrum van dit Pajotse dorp. Dit is één van de meest stille dorpen die je vandaag in Vlaanderen vindt. Een dorp waar je nooit komt tenzij je er specifiek naar op zoek gaat (of over de VIP wandelt).
> Op zijn 'originele' Pajottenlandkaart had 'de creator' van het Pajottenland, JF Twyfelloos, dit dorpje niet bij het Pajottenland gerekend. De reden daarvoor is eenvoudig. Vele eeuwen heeft Sint-Pieters-Kapelle (evenals Bever) tot de provincie Henegouwen behoort. In 1963 werd bij het vastleggen van de taalgrens Sint-Pieters-Kapelle naar Vlaanderen overgeheveld. Bij de gemeentefusies van 1977 werd Sint-Pieters-Kapelle bij Herne gevoegd.
> Dat het Nederlands hier zo heeft kunnen standhouden over de eeuwen heen als eerste omgangstaal heeft wellicht zeer veel met het agrarisch karakter te maken. Verfransingskanker lijkt vooral in een burgerlijk en verstedelijkt milieu om zich heen te grijpen. Hier in Sint-Pieters-Kapelle bestond de gemeenschap vooral uit verspreid wonende boerenfamilies waar er geen behoefte was aan kleinburgerlijkheid. Rond de kerktoren zal je wel een aantal franstalige grafzerken zien. De kerk van Sint-Pieters-Kapelle (slechts uitzondelijk open) is trouwens de moeite waard om te bezoeken omwille van de kruisweg. De parochie had het geluk dat de Belgische Staat de opdracht voor een nieuwe kruisweg rond 1870 toewees aan kunstenaar Constantin Meunier, die toen nog vrij onbekend was.
Edingen
> De oude stad Edingen behoort tot het Waalse Gewest, provincie Henegouwen, maar heeft wel taalfaciliteiten voor Nederlandstaligen. Vandaar dus de tweetalige officiële opschriften.
> Behalve een aantal historische gebouwen in de oude stadskern is dé attraktiepool van Edingen ongetwijfeld het Arenbergpark, dat een oppervlakte heeft maar liefst 182 hectaren. De gemeente Edingen wordt verder ook gevormd door de dorpen Lettelingen, Mark en Labliau.
> Aangezien Edingen niet meer tot het Pajottenland hoort gaan we er hier niet dieper op in maar het stadscentrum van Edingen ligt amper een paar honderd meter van onze wandelroute. Heb je de tijd dan is het zeker de moeite waard om even Edingen dieper in te lopen.
De Mark
> De Mark ontspringt in het Bois de Ligne, zowat 5 km ten Z van Edingen. 300 meter zuidelijk van de watermolen van het Konijnenbos komt ze Vlaanderen binnen. Op de plaats waar we nu staan, bij de molen, vormt ze een paar 100 meter de grens tussen Vlaanderen en Wallonië. Daarna vervolgt de Mark haar loop door de Vlaams-Brabantse gemeenten Herne en Galmaarden om dan kort door Oost-Vlaanderen te lopen, tussen Viane en Moerbeke. Dan trekt de Mark weer de Waalse grens over om in Deux-Acren in de Dender te monden. Dit is trouwens de belangrijkste zijrivier van de Dender.
> In Vlaanderen is de Mark 17,5 km lang. De loop van de rivier door verschillende provincies en gewesten maakt het beheer wat gecompliceerd. De Mark vraagt nochtans om flinke 'monitoring': Het debiet van de rivier kan immers sterk schommelen door een relatief groot verval en het feit dat de leemhoudende bodem weinig water doorlaat. Over de eeuwen heen heeft de mens zijn invloed sterk laten gelden op de waterdoorstroom. Bij de vele watermolens, die op de Mark werden gebouwd sinds de 13de eeuw, is vaak een stuw gebouwd, er zijn op het Vlaamse deel van de loop maar liefst 10 klepstuwen. Recent werden ook natuurlijke overstromingsgebieden in ere hersteld.
> De Mark heeft mee het landschap van het Pajottenland geboetseerd en de nog bestaande watermolens op de Mark behoren vandaag tot de meest schilderachtige plekken van de streek. Verder langs Voettocht in Pajottenland zullen we te Galmaarden nog een prachtig deel van de Markvallei kunnen ontdekken. Hier op de grens is de jonge Mark amper meer dan een stevige beek.
Watermolen van het Konijnenbos
> Deze Henegouwse watermolen op de Mark is in vrij slechte staat. Hij is lokaal bekend onder verschillende namen: Moulin Garenne, Moulin de Coppens of Konijnenbosmolen. Minstens sinds 1335 is hier al een watermolen die in functie was als graanmolen of olieslagmolen. Zoals je ziet is het laatste (metalen) rad nog aanwezig maar het draaien is al vele jaren geleden gestopt, ergens rond 1950. De stuw op de Mark regelt een verval van 1,3 meter.
Maria Mediatrixklooster
> Sinds 1926 is hier in de H.Geeststraat (what's in a name?) een klooster voor dominicanessen gevestigd, voordien waren er karmelietessen. Ook dit klooster heeft te lijden onder een gebrek aan roepingen. Momenteel verblijven er nog 3 zusters, waarvan de jongste 62 jaar is.
> Dit is het laatste dominicanessenklooster in België en zeer waarschijnlijk wordt sluiting ook hier onvermijdelijk binnen afzienbare tijd. De huidige kloostergebouwen werden opgetrokken kort na WO II, de vorige gebouwen werden immers verwoest bij het oorlogsgeweld.
> De bekendste Belgische zuster van de dominicanessenorde in de 20ste eeuw was wellicht Soeur Sourire, met haar hit 'Dominique' stond ze zelfs 1 in de Amerikaanse hitcharts.